HomeTentoonstellingenTentoonstellingen 2007Onderzoek - Spelgedrag van Belgische kinderen van 1900 tot nu - Inleiding / 2007 - Binnen spelen. Buiten spelen. Géén vervlogen droom!

Spel en spelen
Met wie er gespeeld werd, is doorheen de 20ste eeuw sterk geëvolueerd. Terwijl er vroeger soms een taboe rustte op het samenspel van jongens en meisjes (scheiding was heel duidelijk aan het begin van de 20e eeuw), is dit vooroordeel nu zo goed als weggewerkt. Vooral de meisjes emancipeerden: zij gingen sneller mee voetballen met de jongens dan dat de jongens mee speelden met het springtouw.

Jongens tonen over het algemeen een voorkeur voor behendigheidsspelletjes en competitiespelen (voetbal, werpspelen, wedren, ....). Meisjes spelen veel afwisselender (touwspringen, nabootsingspelletjes, 123 piano, tikkertje, radslag, handstand, ...).

Meisjes spelen veel meer met hun moeder dan jongens. Met hun vader spelen zowel jongens als meisjes ongeveer even veel.
Een opvallend gegeven in het onderzoek bleek dat jongens buiten én binnen spelen dan meisjes, kortom, jongens spelen eigenlijk meer dan meisjes!

Speelgoed
Als we kijken naar significante verschillen tussen jongens- en meisjesspeelgoed, dan kunnen we een aantal speeltuigen duidelijk als resp. jongens- of meisjesspeelgoed typeren. Jongens spelen meer met mobiel speelgoed, modelbouwspeelgoed, Meccano, miniatuur vechtspeelgoed, figuurpoppen van het type GI Joe en spelconsoles. ‘Meisjesspeelgoed’ is dan eerder Barbie, andere poppen en poppenaccessoires, pluchen dieren, hobby- en knutselspeelgoed en miniatuur huishoudspeelgoed.

Toch zijn in de ‘de eeuw van de emancipatie’ nog niet alle plooien gladgestreken: soms zijn de verschillen zelfs nog groter geworden. Meisjes geboren na 1990 blijken nog minder dan ervoor te spelen met Lego, K’nex, Playmobil, miniatuur figuren en/of dieren en Game Boy. Spelen met de poppenkast, ballen, verf- en tekengerief en speelgoed voor buiten is dan weer wél op gelijke voet gekomen.