Heist viert carnaval (artikel)
H Gobert
"Carnaval vieren" betekent voor de Heistenaar "zich amuseren, zich ontspannen, zijn zinnen verzetten". Het tijdstip waarop deze driedaagse viering geschiedt, is wel bijzonder geschikt. De kou van de winter heeft de mens reeds al te vele avonden bij de kachel gehouden. De Heistenaar wil, samen met de vele bezoekers, weer eens zijn hart uitleven.
De Heistenaar viert reeds jarenlang carnaval op zijn eigen, volkse wijze... geen carnaval als Rio met messenvechten, geen Keulense noch Düsseldorfse carnaval met praal en prachtwagens... zelfs geen carnaval zoals te Aalst, noch Binche, noch Maastricht. Het is de carnaval van het volk, dat er nood aan heeft zich eens uit te leven. Uitbundige narrenvreugde, gejoel, geroep, gejuich van alle vierders, zo Heistenaars als vele belangstellenden en in niet de minste mate van de Heistse vissers...
Zeebrugge, de thuishaven van de Heistse visserij, is doods en stil in die dagen. De menselijke energie gaat naar het feestvieren te Heist.
Buitenstaanders, die hun ernst niet kunnen afdoen, die niet willen of niet kunnen lachen, amuseren zich niet. Maar wie de onderdompeling in de Heistse carnavallucht waagt, zal er zich niet over berouwen. Zet een neus op, een bril, masker en verkleed je, zing mee, dans mee, spring mee, stap mee.
Gekscheren, schommelen, dom doen, allemaal dingen die men zich buiten deze dagen niet kan veroorloven, zijn de normaalste zaak ter wereld geworden. Het heeft geen zin te betogen dat op die dagen minder gedronken wordt dan anders... doch en dat is Heists succes alles blijft in de mate van het menselijke, het buitengewone dat zelfs weergevonden wordt in speciale bierpotten.
De carnavalgeest wordt veruitwendigd in gans het leven van Heist. Geen etalage, geen herberg of ze staan in het teken van de Heistse zotheid van carnaval. Vanaf de zondag vóór Aswoensdag leeft Heist in een irreële sfeer van sotternij. Het feest begint naar een hoogtepunt te groeien met de verklede kinderstoet, die een sprookjesachtige bekroning kent in het defilé op het Canadezenplein. De maandag is de dag van de zeevisser, met het traditioneel bal der visserij, het bal van de Zeemeermin.
De dinsdag (Vette Dinsdag) vormt de bekroning van het feest.
‘s Namiddags de jaarlijkse voetbalmatch tussen twee verklede voetbalploegen. Te 20 u.15 vertrekt de reusachtige maskerade en zaait in een optocht de geest van carnaval over straten en inrichtingen. De stoet wordt met een rondedans besloten op het Heistse carnavallied... en dan gaat men in een feestroes naar de apotheose, de ontmaskering.
Heist verwacht plezante, gezellig leutemakende mensen op de plezierige carnaval,
Bovenstaand paneel werd getekend en geschilderd door Jules Engelrelst en Victor Demeester