De Engelse koning Edward III besluit om geen taks meer te heffen op Vlaamse boten die bij onweer schuilen in een Engelse haven.

Op 6 februari 1340 roept Edward III van Engeland zichzelf uit tot koning van Frankrijk en wordt hij ook door de Leden van Vlaanderen erkent.

Op 24 juni 1340 vindt de Zeeslag van Sluis plaats. Volgens de kronieken nemen 800 (De Meester zelf houdt het op 380 Franse schepenen en 260 Engelse schepen) Franse schepen met samen 35.000 man aan boord deel aan de strijd. De Fransen worden echter door de Engelsen in pan gehakt. Een landing van de Fransen op het Hazegras wordt door de Bruggelingen afgeslaan. De aanvoerder van de Fransen, Nicolaas Behuchet, wordt na de strijd door de Vlamingen opgehangen aan de mast van zijn schip. De Vlaming Jan van Heijle, die meevocht aan de Franse zijde, wordt naar Brugge gestuurd waar hij wordt onthoofd.

Eward III, koning van Engeland, vertrekt van uit Sluis terug naar zijn land.

Een Franse vloot, die de komst van de Engelse koning afwacht, heeft de bevolking van Cadzand vermoord en verdreven. De Engelsen slager er in om met de steun van Vlaamse schepen de Fransen te verslaan. De Franse leider Nicolaas Behuchet wordt daarna opgehangen.

Arnold, heer van Lissewege, huwt met Elisabeth.

Wanneer de Vlaamse steden Edward III van Engeland erkennen als leenheer, spreekt de paus van Avignon een interdict uit over de Vlaamse gewesten. Boudewijn, heer van Lissewege, wordt naar Avignon gestuurd om over de intrekking van het interdict te onderhandelen. Hij wordt niet ontvangen door de paus.

Het kapittel van de abdij Ter Doest (Lissewege) telt maar 40 monniken meer.

Koning Edward III van Engeland brengt in januari 1340 de wolstapel terug van Antwerpen naar Brugge en hij wordt door Jacob van Artevelde 'Koning van Frankrijk' genoemd.

Op 24 juni 1340 vindt de Zeeslag van Sluis plaats. Volgens de kronieken nemen 800 (De Meester zelf houdt het op 380 Franse schepenen en 260 Engelse schepen) Franse schepen met samen 35.000 man aan boord deel aan de strijd. De Fransen worden echter door de Engelsen in pan gehakt. Een landing van de Fransen op het Hazegras wordt door de Bruggelingen afgeslaan. De aanvoerder van de Fransen, Nicolaas Behuchet, wordt na de strijd door de Vlamingen opgehangen aan de mast van zijn schip. De Vlaming Jan van Heijle, die meevocht aan de Franse zijde, wordt naar Brugge gestuurd waar hij wordt onthoofd.

Koning Edward III van Engeland komt na de Zeeslag bij Sluis op 25 juni 1340 aan land en reist onmiddellijk door naar Aardenburg om er O.L.Vrouw te danken voor de overwinning.

Op 24 juni 1340 vindt de Zeeslag van Sluis plaats. Volgens de kronieken nemen 800 (De Meester zelf houdt het op 380 Franse schepenen en 260 Engelse schepen) Franse schepen met samen 35.000 man aan boord deel aan de strijd. De Fransen worden echter door de Engelsen in pan gehakt. Een landing van de Fransen op het Hazegras wordt door de Bruggelingen afgeslaan. De aanvoerder van de Fransen, Nicolaas Behuchet, wordt na de strijd door de Vlamingen opgehangen aan de mast van zijn schip. De Vlaming Jan van Heijle, die meevocht aan de Franse zijde, wordt naar Brugge gestuurd waar hij wordt onthoofd.

Een Franse vloot van ca. 190 schepen, o.l.v. Hugues Quieet en Jean Behuchet, legt op 8 juni aan voor het Zwin wachtend op de Engelse vloot. Franse soldaten bezetten het eiland Cadsand.

Edward III komt op 24 juni 1340 met een vloot van ongeveer 250 schepen bij de monding van het Zwin. Na een harde zeeslag moeten de Fransen het onderspit delven. Slechts 80 Franse schepen kunnen ontsnappen.

Na de zeeslag bij de monding van het Zwin, gaan Jacob van Artevelde en Eward III van Engeland op 30 juni 1340 op bedevaart naar O.L. Vrouw van Aardenburg.

De Engelse koning Edward III vertrekt voor de tweede keer van uit Sluis terug naar zijn land (cfr. ook 1340).

Vroegste vermelding van het toponiem Gaarlem als hofstede ten noorden van Lissewege (50ste begin van Eyesluis).

Koning Edward III van Engeland vertrekt op 28 oktober 1341 terug naar zijn land.

Grote vloed in Zeeland : verschillende Zeeuwse eilanden worden getroffen: Schouwen, Noord-Beveland, Zuid-Beveland, Walcheren,.

Laken van Aardenburg wordt nog in Denemarken verkocht.

Graaf Lodewijk van Nevers onderhandelt in 1342 in Damme met de Vlaamse steden om niet langer de Engelse koning te steunen.

De afgevaardigden van de Vlaamse steden komen op 9 november 1342 samen bij de Lodewijk van Nevers, de graaf van Vlaanderen, in Damme. De graaf wil hen overtuigen om niet verder de Engelse koning te steunen. Het overleg mislukt echter.

Graaf Lodewijk van Nevers onderhandelt in 1342 in Damme met de Vlaamse steden om niet langer de Engelse koning te steunen.

Op 9 november 1343 komen afgevaardigden van de Vlaamse steden in Damme samen met graaf Lodwijk van Nevers. De graaf wil hun overtuigen om de kant te kiezen van de Franse koning.

Grote vloed in Zeeland.