Architectuur in Knokke-Heist - 
De landelijke villa “La Trébia” in het Vlaamspad

 D. Lannoy & Frida Van Elslande-Devinck

Bij de oprichting van de Compagnie Le Zoute in 1908 werd door de beheerders beroep gedaan op de Duitse stedenbouwkundige Joseph Stübben om een stratenplan voor Het Zoute te ontwerpen.

Dit plan is tot op heden nauwelijks veranderd.

Bij de urbanistische uitbouw van de nieuwe badplaats ging men vooral aandacht schenken aan de architectuur. Dankzij de specifieke bouwvoorschriften kunnen we nog steeds genieten van de typische kustarchitectuur.

In 1908 was de Anglo-Normandische stijl in volle bloei aan de Belgische kust. Zowel te Oostende, Oostduinkerke als in De Panne werd deze bouwstijl grotendeels toegepast. In het Zoute werden vóór WO I drie zones bebouwd, de omgeving rond het Britspad, de Helmweg en het Vlaamspad. Voor deze laatste zone koos de Cie. voor een eerder Vlaamse landelijke bouwstijl.

Architect Adolphe Pirenne (°1876 - 1932) uit Brussel werd in 1909 aangesproken door de familie Lippens om enkele cottages te ontwerpen voor de nieuwe badplaats.

In 1900 had Donaat Van Caillie, eigenaar van een duingebied op het grondgebied van Heist, ook reeds Stübben onder de arm genomen om de badplaats Duinbergen te creëren. Architect Pirenne werd er eveneens één van de voornaamste bouwmeesters.

Zowel in Duinbergen als in het Zoute werd afgezien van het stedelijk karakter. Buiten hier en daar een kleine agglomeratie voor de handel, werd gekozen voor de villa- of cottagebouw. De Vlaamse stijl werd in het interbellum verder toegepast door architecten als Joseph Viérin, Georges Hobé, Eduard Vervalcke en Raymond Heyneman.

Voor alle villa’s in het Vlaamspad stond Pirenne in voor de plannen. Niettegenstaande dezelfde bouwstijl had iedere villa toch specifieke kenmerken. De woningen bezitten een eenheid en vormen een homogeen villapark.

De woningen aan de oostkant van het pad kregen opmerkelijke schouwpartijen, het kenmerk bij uitstek van de Vlaamse polderhoeve. Speciale aandacht ging naar de raamverdelingen, met houten vensterluiken en kleine uitbouwen of loggia’s. De overwegend grote dakvlakken gaven de villa’s soms het uitzicht van een landelijke schuur. Er werd gebruik gemaakt van steunberen en overkragende dakvlakken die een brede schaduwrand gaven op het witte gevelvlak. De raamerkers waren de geliefde zithoekjes van de bewoners.

De woningen werden meestal enkel in de zomermaanden bewoond en hadden een niet-stedelijk karakter. De binneninrichting was dan ook sober. De ligging van de woonst was belangrijk. Zo werd gekozen om zoveel mogelijk binnen en buiten te kunnen vertoeven. De meeste villa’s lagen in een duingebied waar het reliëf specifiek werd bewaard. “Eén met de natuur” was voor de stadsbewoner heel belangrijk. De villa’s werden op grote afstand van het pad ingeplant.

 

2014-11-28 151524De villa’s in het Vlaamspad in 1913, opgetrokken in Vlaamse landelijke stijl.

2014-11-28 151548Adolphe Pirenne ontwierp de meeste villa’s in het Vlaamspad. Rechts La Trébia met lage afsluitmuur

2014-11-28 151607De westgevel van de villa met kleine aanbouw.

De villa La Trébia werd gebouwd in 1911 voor rekening van dhr. Lomax, waarschijnlijk een Brits officier, die net als zovele landgenoten de Belgische kust verkoos als vakantiebestemming. De ruime villa bood zowel plaats aan de familie als aan het dienstpersoneel dat een afzonderlijke ruimte kreeg toegewezen. Elementen uit de Vlaamse polderhoeve zijn veelvuldig aanwezig. De dakvlakken zijn onderbroken door witgeschilderde topgevels en kleine aanbouwen. Typisch voor La Trébia zijn de raampartijen met kleine ruithouten en sierluiken. De gevels zijn witgeschilderd en de daken bedekt met rode Vlaamse boerenpannen. De topgevels hebben een zwaluwstaart-patroon en zijn op de hoeken vertand afgewerkt. Rondom-rond het huis is een zwarte plint geschilderd.

2014-11-28 151625

De sobere westgevel is doorbroken door een eenvoudige schouwpartij die het muurvlak breekt; de muurankers zijn opmerkelijk zwartgelakt in de gevel. De oostgevel beschikt over een klein overdekt terras en geeft iets typische aan de woning. Vooraan werd op latere datum een garage bijgebouwd in de stijl van de bestaande villa. De constructie werd voorzien van een zadeldak, de topgevels zijn afgewerkt met platte tegelpannen en nokpannen.

De gerenommeerde Knokse interieurarchitect Pat Chielens kreeg van de familie Meeus opdracht hun villa in het Vlaamspad gedeeltelijk te verbouwen en van het nodige comfort te voorzien. Een niet te onderschatten maar heerlijke opdracht. Een echt kolfje naar zijn hand. Als geboren en getogen Zoutenaar is Pat nauw met Het Zoute verbonden. Hij heeft de Zoutesfeer en architectuur van jongs af aan ingeademd en bewonderd. Hij was dan ook de aangewezen persoon om die verbouwingen met klasse en stijl uit te voeren.

De opdracht was klaar en duidelijk: de villa aanpassen aan de noden van de moderne tijd maar met behoud van het karakter ervan. Om daaraan te voldoen moest een heel nieuwe keuken geconcipieerd worden en moesten ingrijpende veranderingen gebeuren op beide verdiepingen. De familie stelde Rodolphe Meeus aan om op te treden als tussenpersoon bij de contacten met Pat Chielens.

Bij het betreden van de villa, via het halfopen overdekte terras, voelt men onmiddellijk dat dit huis een geschiedenis heeft.

De eerste ruimte die men binnenkomt is een kleine leeskamer, van hieruit leidt een houten trap direct naar de bovenverdiepingen, dit was vroeger de “herentrap”. Links bevindt zich de grote zitkamer met zonne-erker waarin gezellige zitbanken staan. De pitchpine plankenvloer is gelegd in visgraatmotief. Rechts komt men in de oude “salle à manger” met grote ovale tafel en stoelen. Het was immers een grote familie die aan moest schuiven. Ernaast is de keuken vanwaar het personeel vroeger langs een afzonderlijke trap de meidenkamers kon bereiken.

De keukenaanpassing was een ware uitdaging voor de vindingrijke interieurarchitect. Er werd een groot nieuw venster gestoken en door het slopen van één muur tussen twee kleine plaatsjes creëerde hij een grote L-vormige ruimte met overvloedige lichtinval. Twee gootstenen in witte faience werden geïnstalleerd en afgewerkt met kleine witte Marokkaanse Zelliges tegeltjes; de werkvlakken zijn uitgevoerd in gepolierde blauwsteen. De hele keuken werd uitgerust met op maat gemaakte kasten en opbergruimtes getekend door Pat Chielens. Het geheel oogt sober en klassevol en integreert zich volledig in het totale keukenbeeld.

2014-11-28 151643De gezellige leeskamer

2014-11-28 151657De gerenoveerde sfeervolle keuken.

2014-11-28 151716Oostgevel van de woning.

De bevloering bestaat uit keramische namaak blauwsteentegels 45/45. Het pronkstuk in de keuken is een echt “la canche” kookfornuis met 5 gasbekkens en 2 ovens. Tegen een wand troont een grote hoge zilverkleurige Amerikaanse koelkast, opzettelijk vrijstaand gehouden.

Het andere keukengedeelte wordt ingenomen door een heel lange houten tafel met 14 stoelen er omheen die uitnodigen om te zitten en te “keuvelen”. Tegen de muur staat een hoge houten kinderstoel in retrostijl waarop de naam “Pauline” in geverfde letters prijkt. Aan de lange muur boven de werkvlakken hangen, netjes naast elkaar, ingelijste prenten van Mucha, de gekende Tsjechische art-nouveau kunstenaar. Ze vrolijken de keuken op met hun delicate kleuren en maken het plaatje af. De hele keuken, in witte tinten gehouden, straalt een warme ouderwetse gezelligheid uit niettegenstaande de moderne ingrepen.

Dit is te danken aan de tekenpen, gecombineerd met het inlevingsvermogen, van de ontwerper. In het vroegere washok staan nu de centrale verwarmingsketel en moderne wasmachines en droogkasten.

Ook het kolenhok van weleer werd aangepast en is nu de berging voor de fietsen van groot en klein. De garage is verbouwd tot een indoor-speelruimte voor de jongere generatie.

2014-11-28 151734De eetkamer met grote ovale tafel.

De familie Meeus bestaat uit vier echtparen met kinderen en vroeg om op de eerste verdieping 4 entiteiten te creëren waarin elk echtpaar zich afzonderlijk zou kunnen terugtrekken als in een eigen cocon. Deze cocon moest wel over alle comfort beschikken. Opnieuw een nieuwe denkpiste voor de interieurarchitect. Door het ingenieus spelen met muren en ruimtes heeft hij een stukje van zijn kunnen waargemaakt. De hele verdieping vormt een gesloten structuur. Elke entiteit bestaat uit een zit-slaapkamer met T.V. en een bijhorende badkamer met bad en/of douche, wastafels en wc. Hier ook heeft Pat zijn fantasie laten werken en werden oude ingemaakte kasten, spiegels en zelfs de badkuip voorzien van witte omlijstingen of panelen. Overal werd gebruik gemaakt van Marokkaanse Zelliges tegeltjes om de muren rond de wasbekkens of het bad af te zetten. De badkamers, in lichte tinten, ogen ruim en comfortabel.

De oude geoliede pitchpine plankenvloeren geven de slaapkamers een warme uitstraling. In alle vier de kamers zijn de kleine schoorsteenmantels behouden, wat het retro-effect nog versterkt. De tweede verdieping is het rijk van de kinderen. Hun domein bestaat uit één zeer grote en twee kleinere slaapkamers. Zij beschikken samen over een enorme badkamer met bad, douche, wasbekkens en toilet. De douche is heel doordacht geïntegreerd in een ruimte die voorheen een “pallier” was en is uitgevoerd in witte faience tegeltjes die overhoeks zijn aangebracht en afgeboord met een rij identieke rechtstaande tegeltjes. Een klein detail misschien maar het tegelspel geeft wel iets aparts aan de douchecel. In de kamers is de grond met een vast tapijt uit zeegras bedekt maar in de badkamer werd gekozen voor een vochtbestendig Zweeds Bolonplastiek, zodanig bewerkt dat het echte natuurvezel lijkt.

De villa stond oorspronkelijk in een duin dat afgegraven en omgetoverd werd in een ruime tuin. De huidige tuin, ontworpen door Augustin d’Ursel, is perfect onderhouden: gesnoeide heesters, perken met lavendel en rozen. De oost gerichte tuin paalt aan de Royal Golf Club en het zicht is onbetaalbaar. Hier is het contact met de natuur direct en intens.

Geen bebouwing, geen lawaai, geen enkel storend element. Het lage tuinmuurtje, half overgroeid met klimop ziet er oeroud uit en draagt de patine van de tijd. Het doet “very old English” aan en past als decor voor een Engelse film of een “Beatrix Potter” tekening.

De familie heeft zin voor traditie en een eerste vereiste was dat ze bij hun verblijf in het ouderlijk huis weer volop het gevoel van hun kindertijd wilden terugvinden. De ziel van het huis moest bewaard blijven en daar is Pat Chielens dan ook ten volle in geslaagd. De verbouwingen sluiten perfect aan bij het bestaande gedeelte. De villa heeft geen volumeverandering ondergaan en werd vakkundig verbouwd zonder afbreuk te doen aan de geest van de Vlaamse hoevestijl die La Trébia voor 100 procent uitstraalt.

 

Bibliografie:

  • D. Lannoy, Knokke & Belle Epoque, De Distel, Knokke-Heist, 1993. 
  • D. Lannoy, Architect Adolphe Pirenne, bijdrage tot de geschiedenis van Duinbergen en Het Zoute, Cnoc is ier, blz 3-23, nr35 jaargang 1998. 
  • P. Chielens, mondelinge gegevens interieurarchitect.

2014-11-28 1517552014-11-28 151821

Architectuur in Knokke-Heist - De landelijke villa “La Trébia” in het Vlaamspad

Danny Lannoy - Frida Van Elslande-Devinck

Cnocke is Hier
2007
44
057-065
Line Serranne
2023-06-19 14:43:22