8 mei 1983
De Belle Epoque overleeft de tijd

Herinneringsplaat Cnoc is ier. Uiterst rechts Wardje Koten die een stukje geschiedenis Valcke vormt; hij kreeg woorden van dank van direkteur Bonnevie en de voorzitter van “Cnoc is ier”.

Edward Koten overleed op 81-jarige leeftijd op 30 juli 1983.

Aan het kunsthistorisch gebouw werd een gedenkplaat onthuld door toedoen van “Cnoc is ier”, in aanwezigheid van talrijke prominenten, de vertegenwoordigers van Valcke met personeel en van talrijke belangstellenden.

In het dorp te Knokke, bij de aanvang van de Lippenslaan, werd omstreeks 1910 de “Belle Epoque” opgetrokken, volgens de architektuur die in vele landen opgang maakte. In ons land sprak men over de “palingstijl”, in Frankrijk werd het de “style nouille” en de Metrostations van Parijs dragen er nog de stempel van.

Te Knokke was het een Schramme, broer van Medard, die te Parijs architekt was, die de gevel tekende. Zo deed hier de Belle Epoque zijn intrede in de buurt van de herberg van Seven Rotsaert, de pension Haegeman en noem maar op. In de nieuwbouw kwam Medard Schramme eerst als smid, ook om de paarden te beslaan, tot hij aan de overzijde ging wonen. In 1914 werd de firma Valcke Frères uit Oostende eigenaar van het huis en Medard Koten opende met vrouw en zoon de ijzerwinkel.

Om de kunstvolle gevel in ere te houden, liet de heemkring “Cnoc is ier” zondag een herinneringsplaat onthullen. Bij deze gelegenheid was direkteur Bonnevie van de firma Valcke aanwezig, naast Kamerlid Declercq, schepenen mevr. Vandecasteele, Haerinck en Lannoy, raadsleden, leden van het bestuur van “Cnoc is ier” en tal van belangstellenden.

Voorzitter André D'hont wees op de kunsthistorische betekenis van de Belle Epoque. De firma Valcke werd gefeliciteerd voor het behoud van de gevel. Ook Edward Koten was aanwezig. Vader Medard en zoon stonden resp. 60 en 53 jaar in de winkel! Daar kwamen ondertussen Michel Absil, Harold Van Eeckhoutte, Constant Verfaille en Joseph Meeuws, doorheen de jaren.

Onder handgeklap werd de plaat onthuld door direkteur Bonnevie en Wardje Valcke. Het slotwoord werd door de direkteur zelf uitgesproken met de belofte dat het stijlvolle gebouw verder in ere zal gehouden worden en dat zijn firma, reeds 200 jaar oud, er terecht fier op is. Het geheel werd afgerond met een receptie.

“Brugsch Handelsblad”
“Het Nieuwsblad”