De Graaf Jansdijk vormde enkele eeuwen (ca. 1407-1612) de noordelijke zeedijk van de Zwinstreek. Daarbij werd in het begin van de 17de eeuw de oude Hazegraspolder gevoegd.
Door inundaties tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) kwam een groot poldergebied, vooral in de omgeving van het belegerde Sluis, onder water te staan. Zeer gekend is het zgn. Lapscheurse Gat, een dijkdoorbraak waardoor het hele gebied rond Lapscheure werd overstroomd en het dorp moest verhuizen.
Na de Vrede van Münster (1648) kon de Zwinstreek zich langzaam herstellen. Kerken werden terug in orde gebracht, hoeven heropgebouwd en gronden opnieuw ingepolderd. Die herinpoldering gebeurde op rationele manier met hoge stevige dijken de grote gebieden in een keer inpolderden. Hierdoor ontstond het wijdse open landschap in de omgeving van Sluis en Aardenburg. Langs het Lapscheurse Gat bouwde men zelfs een "zeedijk". Een restant in het gebied zijn de vele mooie kreken.
De volledige Zwinstreek was bijna ingepolderd met uitzondering van de aanwassen in de omgeving van de monding van het Zwin, dat in de 18de eeuw al sterk was verzand. In de monding waren enkele grote zandplaten ontstaan als de Zeehondenplaat en de Grote Plaat.
De hoek tussen de zee, de Zwinmonding en de Sint-Paulusdijk was een rijp schorrengebied dat klaar lag om te worden ingepolderd. Dit gebeurde in 1784 o.l.v. Philippe-François Lippens met de bouw van de Nieuw Hazegraspolderdijk.
Omdat een duinenrij zij ondertussen langs de zeezijde had ontwikkeld tot aan de huidige Lekkerbek werd vanaf de Nieuw Hazegraspolderdijk een dijkje gebouwd tot aan de duinen. Dit Zoutedijkje beschermde de Zoutepolder.
Ondertussen slibde de Zwinmondig verder toe. Het probleem was dat het mondingsgebied zich uitstrekte over de grens van twee landen die tot 1839 nog oorlog met elkaar voerden. Na vele onderhandelingen binnen een Belgisch-Nederlandse commissie werd in 1872 de Internationale Dijk gebouwd. Hierdoor werd het Zwin landinwaarts afgedamd. De gewonnen polder werd genoemd nar de toenmalige koningen Willem en Leopold.
Wanneer men denkt dat bij de laatste inpoldering het spel, of beter de strijd, tussen land en water ten einde loopt, heeft men het verkeerd voor. Om op een duurzame wijze het unieke slikke- en schorregebied van de Zwinmonding te beschermen, stellen sommigen voor om een deel van de Willem-Leopoldpolder opnieuw te ontpolderen. (FT)