HomeNieuwsNieuws 2009Bouwwerken in Museum Sincfala - januari

De drie forten gesitueerd in het huidige landschap.

  In het kader van het Interreg IVA-project "Forten en linies in grensbreed perspectief" heeft de provincie West-Vlaanderen Raakvlak de opdracht gegeven om drie forten te onderzoeken; namelijk het Fort van Beieren in Koolkerke (Brugge), het Verbrand Fort in Oostkerke (Damme) en de zwaluwstaart van het Fort Sint-Donaas in Westkapelle (Knokke-Heist). De drie verdedigingswerken zijn allen ten tijde van de Spaanse Successieoorlog (1701-17014) aangelegd en nog gedeeltelijk in het landschap herkenbaar. Voor meer informatie rond de forten is de website www.staatsspaanselinies.eu een aanrader. Op basis van dit vooronderzoek zal de provincie per fort een inrichtingsplan opmaken. De bedoeling is om de drie forten beter te ontsluiten. Om die ingreep goed voor te bereiden is het noodzakelijk om de nog aanwezige archeologische waarden maximaal in kaart te brengen.

Geofysisch onderzoek op het Fort van Beieren.

In eerste instantie worden alle mogelijke relevante documenten en kaartmateriaal per fort geïnventariseerd en bestudeerd. Zo krijgen we inzicht in de bodemkundige, landschappelijke en historische kenmerken van de te onderzoeken forten en hun omgeving.

Vervolgens proberen we via een gecombineerde prospectiemethode op een non-destructieve manier (zonder zware bodemverstorende ingrepen) zoveel mogelijk bijkomende informatie te verzamelen. Dergelijk vooronderzoek kan Raakvlak niet alleen en daarom worden we bijgestaan door de Onderzoekseenheid Ruimtelijke Bodeminventarisatietechnieken van de UGent (ORBIT) voor het geofysisch onderzoek en Alterra-Baac voor het bodemkundig onderzoek (NL).

Drie boringen op een rij in de zwaluwstaart van het Fort Sint-Donaas.

 In samenspraak met ORBIT werd geopteerd om een dubbele elektromagnetische geofysische prospectie uit te voeren. Hierbij worden simultaan twee fysische parameters gemeten: de elektrische geleidbaarheid van de ondergrond en de magnetische susceptibiliteit. Elke verstoring van de ondergrond wordt op die manier waargenomen. De sensor wordt in een slee geplaatst en voortgetrokken door een terreinvoertuig. Via een differentiële GPS wordt de exacte positie van de sensor bijgehouden. Het doel van het geofysisch onderzoek is voornamelijk een beeld te vormen van wat nog aanwezig is van de opbouw van de verdedigingswerken. Via de GPS is het mogelijk om die restanten zo exact mogelijke te localiseren.

Boring op het Fort van Beieren.

Het geofysisch onderzoek wordt gecombineerd met een booronderzoek. Bij het boren worden zowel archeologische, geologische als bodemkundige gegevens geregistreerd. Deze gegevens zijn van belang om de meetresultaten van het geofysisch onderzoek te verifiëren en dragen bij tot een betere interpretatie van deze gegevens. De opbouw van de bodem en de aard van het bodemmateriaal kunnen het meetresultaat immers sterk beïnvloeden. Daarnaast is het booronderzoek noodzakelijk om informatie te verkrijgen over de aard en de diepteligging van de structuren die door het geofysisch onderzoek in kaart zijn gebracht. De boringen worden manueel uitgevoerd met behulp van een edelmanboor en een guts. Alle boorpunten worden met een total station ingemeten en precies gelocaliseerd.

Momenteel zijn we nog volop bezig om de resultaten van het geofysisch onderzoek te controleren en aan te vullen met boringen. Eens het veldwerk is afgerond, zullen alle gegevens samengevoegd worden tot één rapport waarop de provincie zich zal kunnen baseren om een inrichtingsplan op te maken. Meer informatie over de resultaten zal u in een volgende nieuwsbrief vinden.

Elisabeth Van Besien - www.raakvlak.be