Soldaten stierven niet alleen aan verwondingen maar ook aan ziekten
Van de 776 soldaten wiens naam op de verschillende monumenten staan, zijn er 570 overleden door verwondingen (73,4%) en 165 ten gevolge van een ziekte (21,3%). Van 41 (5,3%) is de overlijdensoorzaak niet bekend.
Van 20 overledenen ten gevolge van een ziekte is de exacte aandoening niet bekend.
Bij de bekende aandoeningen (figuur 11) maken de longziekten (zonder tuberculose) de grootste groep uit (longontstekingen, bronchitis, griep, enz.) met 80 gevallen (53,5%), gevolgd door 30 overlijdens ten gevolge van tuberculose (20,0%). Verder zijn er 9 militairen overleden aan tyfus (6,0%), 8 door hartziekten (5,3%), 7 ten gevolge van hersen- en zenuwstelselziekten (4,7%) en 7 door maag-darm ziekten (4,7%). Negen overlijdens (6,0%) vallen in een gemengde groep van ziekten, waaronder 3 ten gevolge van cachexie[1] en één door onderkoeling[2].
Figuur 11. Aantal overleden soldaten aan ziekte uit het onderzoeksgebied tijdens WO I gegroepeerd per ziektecategorie
In figuur 2 is duidelijk te zien dat het grootste aantal overlijdens ten gevolge van een ziekte zich situeerde in 1918. De meeste overlijdens door tuberculose deden zich voor in 1917 (11) en in 1918 (11), samen 20 van de 30 gevallen. De meeste overlijdens aan een longziekte waren in 1918 (57) en in 1919 (10), samen 67 van de 80 in totaal. In 1915 was er een piek aan overlijdens door tyfus: 6 van de 9 gevallen.
Voetnoten
[1] Zie bijlage 13 (speciale woorden)
[2] Er dient wel rekening mee gehouden te worden dat de vermelde ziekte niet altijd de exacte oorzaak van het overlijden zal zijn geweest. Een voorbeeld hiervan: een longinfectie zou kunnen vermeld worden, maar dit kan ook het gevolg zijn geweest van een andere onderliggende primaire aandoening als cachexie of kanker. De vraag is dan wat eigenlijk de exacte oorzaak van het overlijden is geweest: de primaire of de secundaire ziekte? De vraag kan ook gesteld worden hoe correct de verschillende ziekten werden genoteerd. Wie noteerde ze: een arts, een verpleegster of iemand van de legeradministratie zonder medische scholing? Tenslotte waren de middelen om een ziekte te diagnosticeren in het begin van de 20ste eeuw niet dezelfde als nu.