Gemeenten in de Zwinstreek met het grootste relatieve aantal militaire offers
Het aantal militaire oorlogsslachtoffers verschilt sterk van gemeente tot gemeente. Maar ook de grootte van de verschillende gemeenten is sterk verschillend. Het percentage aan militaire overlijdens ten opzichte van de gemiddelde bevolkingsgrootte over de jaren 1914 tot 1919 werd berekend om een inzicht te hebben in het relatieve verlies aan soldatenlevens voor de verschillende gemeenten in ons onderzoeksgebied (figuur 10). Meer details en de bronnen voor deze berekeningen zijn terug te vinden in bijlage 6 (Militaire oorlogsslachtoffers ten opzichte van de gemiddelde bevolking tussen 1914 en 1919).
Figuur 10. Percentage militaire slachtoffers gerelateerd aan de gemiddelde bevolking over de jaren 1914-1919
De gemiddelde tol aan soldatenlevens voor ons onderzoeksgebied (0,70%) was hoger dan dit van het Belgische gemiddelde (0,56%).
Het grootste verlies was voor de gemeenten Sint-Michiels en Houtave.
Ook voor Oostkerke, Dudzele, Sint-Kruis, Koolkerke, Meetkerke, Brugge, Heist, Blankenberge, Lapscheure, Assebroek en Uitkerke was het verlies groter dan het gemiddelde van het onderzoeksgebied.
Sint-Andries en Moerkerke lagen tussen het gemiddelde voor het onderzoeksgebied en dit voor België.
Voor de gemeenten Westkapelle, Ramskapelle, Lissewege, Nieuwmunster, Zuienkerke en Sijsele lag het percentage gesneuvelden lager dan het Belgische gemiddelde.
Hoeke, Damme en Knokke waren de gemeenten met de laagste tol.