De Groote Oorlog 1914-1918[1]

In het eindverdrag van 1839[2] werd het koninkrijk België door Engeland, Frankrijk, Pruisen, Rusland en Oostenrijk, onafhankelijkheid en eeuwigdurende neutraliteit gegarandeerd[3]. Tijdens de Frans-Duitse oorlog van 1870-1871, zorgde dit verdrag ervoor, vooral onder druk van Engeland, dat het Belgische grondgebied ongeschonden bleef[4].

Nationalisme[5], patriotisme, imperialisme, strijd om de kolonies, militarisme, bewapeningswedloop, revanchisme[6], "Einkreisung[7]", diplomatieke bedrei­gingen, onhandigheden, gebrul, pokerspel, enz., zorgden voor een explosieve sfeer in Europa. De toestand werd meer en meer gespannen.. Er ontstonden bondgenootschappen: de Triple Alliance (1882) die het Duitse Rijk, Oostenrijk- Hongarije en Italië verenigde, en de Triple Entente (1907), gevormd door Frankrijk, het Verenigde Koninkrijk en Rusland. Wanneer één bondgenoot werd aangevallen dan kwamen de andere leden van de alliantie ter hulp.

Het fameuze plan von Schlieffen toont aan welk antwoord het Duitse keizerrijk voorzag op al deze problemen[8].

De moord op Frans Ferdinand, kroonprins van het Oostenrijks-Hongaarse keizerrijk, stak de lont van het Europese kruitvat aan. De gevolgen van deze totale oorlog[9] waren apocalyptisch, desastreus, catastrofaal en verwoestend, zowel qua mensenlevens als maatschappelijk (politiek, sociaal, economisch, enz.).

Na de wapenstilstand van 11 november 1918 bleven de conflicten smeulen (bv. de Russische burgeroorlog (eind 1918-1921), de gevolgen van het verdrag van Versailles (28 juni 1919), enz. De kaarten werden wereldwijd herschikt. De naweeën van de Groote Oorlog droegen de kiemen van toekomstige confrontaties in zich.

De Groote Oorlog en modernisering van de bewapening[10]

Tijdens de wapenwedloop vóór de oorlog werd de bewapening om te doden en kwetsen verwetenschappelijkt, geïndustrialiseerd en gemoderniseerd[11]. Tijdens de oorlog werd de manier om de ‘vijand’ uit te schakelen, te elimineren, te doden, te kwetsen verder ontwikkeld om de gewenste strategische doelstellingen te kunnen bereiken.

De Groote oorlog en ‘Brave little Belgium’

In meerdere boeken wordt de oorlog met Duitsland vergeleken met de strijd van David tegen Goliath. Qua troepensterkte en bewapening had het Duits leger een duidelijk overwicht. In de eerste maand van de oorlog kon het Duitse keizerrijk minimum 3.800.000 manschappen mobiliseren. Het Belgisch koninkrijk kon slechts 190.000 man activeren. Voor de opmars door België werden door het Duitse leger 34 divisies (± 700.000 man) ingezet. Daartegenover kon het Belgisch leger slechts een troepenmacht van zes divisies (± 190.000 man) plaatsen. De verhouding was vier tegen één[12]. Bij het begin de oorlog, bij het oversteken van de Maas bij Visé, stonden 60.000 Duitsers t.o.v. 25.000 Belgen[13].Ook qua bewapening had Duitsland eveneens de overhand.

De Groote Oorlog en de dodentol

Wereldwijd werden er ± 68 miljoen manschappen gemobiliseerd. Daarvan sneuvelden er tussen 8,5 en 10 miljoen militairen (tussen de 12,5 en 14,5 %).

Verder zouden ongeveer 22 miljoen burgers omgekomen zijn, onder wie 10 miljoen[14] door de Spaanse griep (1918-1919) en circa 600.000 tot 800.000 Armeniërs die het slachtoffer werden van een Turkse genocide (1915-1916).

In België telt men tussen 41.000 en 51.000[15] militaire slachtoffers, zowel door verwondingen als door ziekten en 23.000 burgerlijke oorlogsslachtoffers, op 7.500..000 inwoners[16]. Bij de database Belgian War Dead Register hebben we ± 42.800 militaire slachtoffers geteld[17]. Om zich voorstelling te kunnen maken van deze getallen: Brugge telde in 1919 53.496 inwoners[18].

Zelfs op de dag van de wapenstilstand (11-11-1918), na 1560 dagen oorlog, vielen er nog minimum 2700 dodelijke slachtoffers[19]. Belgian War Dead Register meldt 59 doden voor België, waarvan 38 door ziekte. Voor ons onderzoeksgebied tellen we 1 dode, namelijk Prosper Tillaert uit Sint-Kruis (Brugge), die op 25 jarige leeftijd stierf te Eu (Frankrijk) aan een onbekende ziekte.

Na de wapenstilstand vielen tussen 12 november en 31 december 1918 1214 Belgische doden, waarvan 65% aan ziekte. In 1919 tellen we nog 1879 slachtoffers, waarvan 49% stierven aan ziekte, de rest aan verwondingen. Voor ons onderzoeksgebied tellen we tussen 12 november en 31 december 1918 27 doden en in 1919 nog 28 slachtoffers.

Als we het voor ons onderzoeksgebied bekijken, kunnen we besluiten dat de Groote Oorlog doorgedrongen is tot in het weefsel van ieder dorp. In het totaal betreuren we ± 800 militaire slachtoffers, op een totaal van 111.500 inwoners, zowel zij wiens naam op de verschillende herdenkingsmonumenten gebeiteld zijn, als zij die om één of andere reden er niet op vermeld zijn.

Voetnoten

[1]    DE VOS Luc, SIMOENS Tom, WARNIER Dave, BOSTYN Franky, '14-'18. Oorlog in België, Leuven, 2014, pp. 21-28.

[2]    Verdrag van Londen van 19 april 1839, ook bekend als het verdrag van de XXIV artikelen.

[3]    WITTE Els, Politieke geschiedenis van België sinds 1830, Antwerpen, 1983, pp. 15-17; TUCHMAN Barbara, De kanonnen van augustus, Antwerpen, 2006, p. 29: Volgens von Schlieffen was het verbreken van de neutraliteitsgarantie een ‘militaire noodzaak' en dus ondergeschikt aan het akkoord van Londen.

[4]    TUCHMAN Barbara, o.c., p. 29-30.

[5]    Het streven naar meer autonomie en zelfs onafhankelijkheid van verschillende gebieden in het Oostenrijks-Hongaarse keizerrijk.

[6]    Na de Frans-Duitse oorlog van 1870-1870 werd Elzas en delen van Lotharingen geannexeerd door het Duitse keizerrijk. Het grote doel van de Franse militairen was het terugwinnen van deze overwegend Franssprekende gebieden.

[7]    "Einkreisung", het vermeende denkbeeld van het Duitse keizerrijk dat iedereen tegen hen was; de omsingeling door deze vijandig gezinde mogendheden, die wellicht gezamenlijk een oorlog tegen Duitsland zouden beginnen.

[8]    Zie bijlage: plan von Schlieffen.

[9]     DE VOS L., e.a., '14-'18, o.c., pp. 519-525.

[10]   DE VOS L., e.a., ’14-’18, o.c., pp 279-299.

[11]   Zie bijlage: modernisering van de bewapening

[12]   DE VOS L., e.a., ’14-’18, o.c., p. 53 ; TUCHMAN Barbara, De kanonnen van augustus, o.c., p. 39

[13]   TUCHMAN Barbara, De kanonnen van augustus, o.c., p. 223.

[14]   Dit cijfer is blijkbaar een serieuze onderschatting. Volgens SPINLEY Laura, De Spaanse griep. Hoe de pandemie van 1918 de wereld veranderde, Antwerpen, 2018, p. 213-219: de laatste cijfers fluctueren tussen 50 en 100 miljoen doden wereldwijd.

[15]   Bij de 51.000 zijn bijvoorbeeld 9.000 slachtoffers van de Force Publique (oorlog in de kolonie) meegeteld.

[16]   DEVOS L., e.a., ’14-’18, o.c., 2014, pp. 519-520.

[17]   Belgian War Dead Register (https://www.wardeadregister.be/nl). De telling had plaats eind 2017. Deze database wordt periodisch bijgewerkt (dubbeltellingen worden verwijderd, enz.). De orde van grootte is dus bij benadering.

[18]   Stad Brugge. Gemeenteblad, 1921. Verslag over het bestuur en de toestand van stadszaken voor het jaar 1919. Bijvoegsel, p. 4

Om zich een visueel beeld te kunnen vormen van een massa: een uitverkocht Jan Breydelstadion te Sint-Andries telt ± 25.000 personen.

[19]   SERRIEN Pieter, Het elfde uur. De Gewelddadige laatste dag van de Eerste Wereldoorlog, Antwerpen, 2018, 448 pp. (De doden vielen door geweld, maar vooral door de Spaanse griep)

WO I in de Zwinstreek - De Groote Oorlog 1914-1918

Marc De Meester en Eric Huys

Rond de poldertorens
2018
02
040-042
BV
2023-06-19 14:49:21