KORTE VERSLAGEN

Heemkundige Wandeling   -   Heist - 7 juni 1964

Het slechte weder was een tegenvaller. Toch waren twintig dapperen opgekomen om de wind en het slijk te trotseren. Na een moeizame tocht langs de Zompige Visweg konden we het voornaamste doel van de wandeling bereiken: “de terp in de Wallebilk” van de Heer van Maldegem. Op deze wal kregen de deelnemers een gedacht over de bewoning tijdens de schorretijd. Er werd gewezen op de zes terpen langs de Visweg, met als verst vooruitgeschoven nederzetting, de hoogte van Koudekerke,

We hebben rondgewandeld op het oude Kerkhof van Koudekerke, waar het vroeggotische kerkje gestaan heeft en waarrond het Tiendehof en de opeenvolgende pastories gevestigd waren. Vervolgens zijn we buiten de Evendijk getreden in de Pannepolder, waar het dorp Heist gegroeid is. Het Hoge Leen, de eerste kern van Heist, en het Hof van Koudekerke, het voornaamste leengoed te Heist, werden aangetoond. Na een wandeling door een deel van de oude dorpskern, zagen we nog een laatste restje van het binnenhaventje van Heist.

Op het einde van de wandeling nodigde dhr K. Aernoudts ons uit om zijn tuin te betreden, waar we enkele voorwerpen konden bekijken, die in de grond van de Verbrande Pastorie gevonden werden.

Er zijn echter interessante plaatsen op Heist die we op die dag niet konden bezoeken. Om die reden en omwille van het feit dat talrijke Leden door het ongunstige weder of door andere oorzaken belet waren te komen, heeft het Bestuur besloten de Wandeling te Heist volgend jaar over te doen. Hoeft het gezegd dat de heer Maurits Coornaert de leiding had, en dat hij ons weerom verraste met zijn grondige kennis van Koudekerke-Heist?

0000000000 00000  00000000000

Heemkundige Wandeling     -   De Cantelmolinie     - 9 augustus 1964

Om met de 16 auto’s van uit Oostkerke tot aan de Cantelmolinie te komen, werd de schilderachtige Langedijk, in de volksmond Krinkel-dijk, gevolgd. Een eerste halte aan de “Nooie”, een uitgestrekte “vingerling” rond een grote dijkbreuk precies in de “nooie” of “elleboogplooi”, waar het Zwin plots in zuidelijke richting zwenkte. Hier lag ook het stadje Monnikerede: kijk, daar lag de Markt, waar nu het huis van onze Erevoorzitter, Yves Parmentier, staat.

Langs Hoeke en de Damse Vaart tot aan het Fort Sint-Donaas. Het bestond al in 1605 toen Spinola tevergeefs trachtte Sluis te herwinnen. Het werd op bevel van Jozef II afgeschept in 1783/84. Nu is nog een stuk bastiongracht te zien en wat afgebrokkelde wallen tussen duitse bunkers van 14/18. Maar het was een groot fort.