Schoolreglement 1948 (vervolg)

(uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad Heist)

Art.21 - Bij den aanvang van elk kwartaal geeft het schoolhoofd het College van Burgemeester en Schepenen kennis van de loop zijner school gedurende het voorgaande kwartaal en maakt zijn opmerkingen over lokalen en schoolmeubelen.

Op het einde van het schooljaar stuurt hij naar hetzelfde College een verslag over den gang zijner school gedurende het afgelopen jaar. Hij zendt bovendien aan den kantonnalen schoolopziener, in de voorgeschreven vorm het jaarverslag dat hem door de Regering gevraagd wordt.

Art.22 - Buitengewone verloven kunnen door het College van Burgemeester en Schepenen aan de onderwijzer verleend worden wanneer het behoorlijk is vastgesteld dat de gezondheidstoestand van de betrokkene hem niet langer toelaat zijn lessen te geven of wanneer hij, wegens dringende zaken, afwezig moet zijn. Die buitengewone verloven moeten noodzakelijk en volkomen gewettigd zijn, ieder misbruik diensaangaande wordt als zeer ernstig beroepsvergrijp beschouwd. - Het tot staving van een verlofaanvraag overgelegde geneeskundig getuigschrift moet den aard en den waarschijnlijken duur van de kwaal vermelden en door het schoolhoofd aan de gemeenteoverheid worden overgemaakt.

Daar het bijwonen der kantonnale vergaderingen streng verplicht is voor de onder­wijzers, zo moet het schoolhoofd het College van Burgemeester en Schepenen kennis geven van de verloven welke zij nodig hebben om er aan deel te nemen.

Art.23 - Wanneer de onderwijzer, ten gevolge van de door het getuigschrift van de huisdokter bewezen ziekte, in de noodzakelijkheid verkeert zijn lessen te schorsen, stelt het College van Burgemeester en Schepenen zo spoedig mogelijk een waarnemend onderwijzer aan. -

De leerlingen van den onderwijzer, die met verlof is, worden over de andere klassen verdeeld tot dat een waarnemend onderwijzer is aangesteld.

Art.24 - Zo een onderwijzer te kort komt aan de bij het reglement voorgeschreven gewoonten van order of zo bij de waardigheid van zijn ambt in opspraak brengt, legt de gemeenteraad hem desnoods een tuchtstraf op of stelt de Minister van Weten­schappen en Kunsten voor hem gans of van een gedeelte van zijn periodieke weddeverhoging te beroven, overeenkomstig art. 31 ,C der schoolwet.

Art.25 - De onderwijzer welke zijn ontslag heeft ingediend blijft gedurende één maand in functie, tenzij hij voor het verstrijken van dezen termijn voorlopig of voor goed is vervangen.

Art.26 - Het schoolhoofd en de onderwijzers zijn verplicht de geneesheer welke met het medisch toezicht over de scholen is belast, hulp te verlenen.

Het schoolhoofd is gelast met het toezicht over het onderwijs alsook met het handhaven van de orde en tucht in de school.

De onderwijzers staan onder zijn onmiddellijk gezag. Evenwel is hij gehouden zijn opmerkingen in het bijzonder te doen en nooit in de aanwezigheid der leerlingen. Het schoolhoofd houdt een ernstig toezicht over al de klassen en verzekert de stipte naleving der verordeningen en onderrichtingen vanwege de overheden.

Hij draagt er zorg voor dat de onderwezen begrippen juist zijn. Op hem berust de taak het programma zo te doen toepassen dat er eenheid in het onderwijs voor alle graden in zijn school verzekerd weze.

Het schoolhoofd alleen is gelast met het onderhouden der betrekkingen van bestuurlijken aard tussen de school en de ouders der leerlingen.

Een bericht goedgekeurd door de Schepen van Openbaar Onderwijs wordt op ene in ‘t oog vallende plaats bij de ingang der school gehangen. Daarin wordt aan de ouders kennis gegeven van de uren op welke zij zich tot het schoolhoofd kunnen wenden. Deze zal hen welwillend te woord staan. Indien het voorwerp van hun bezoek belangrijk is, zal hij daarvan binnen de 24 uur aan de Schepen van Openbaar Onderwijs kennis geven.

In de eerste helft van Oogst zendt het schoolhoofd naar de schepen van Openbaar Onderwijs de lijst van het schoolgerief en boeken nodig voor het eerstvolgende schooljaar.

Er wordt stipt nota gehouden van het ontvangen en het uitgegeven gerief. Het schoolhoofd voor de school, de onderwijzer voor de klas. Het schoolhoofd verenigt onder zijn voorzitterschap, ten minste één maal in de maand het leerpersoneel van zijn school.

Op die vergaderingen worden punten besproken betreffende de opvoeding en het onderwijs. Het leerpersoneel is verplicht erop aanwezig te zijn. Het verslag door een onderwijzer opgemaakt en door het schoolhoofd mede ondertekend wordt in een speciaal register gebracht.

Aan de gemeenteschool is een bibliotheek toegevoegd. De dienst der bibliotheek wordt door het schoolhoofd verzekerd. -

Buiten de gemeentelijke overheid mag niemand vreemd aan het onderwijs en de opvoeding zonder schriftelijke toelating van de Schepen van Onderwijs de school bezoeken. -

Het onderwijzend personeel met een delegatie leerlingen is verplicht deel te nemen aan de plechtigheden ter gelegenheid van het Te Deum’ dat bij de viering der Nationale feestdagen gezongen wordt.

Hoofdstuk III: Over de leerlingen

Art.27 - Alle kinderen welke in de gemeente verblijven, worden kosteloos in de Lagere Gemeenteschool opgenomen tot dat zij hun studiën voltooid hebben. -

Geen enkel kind mag dus aangenomen worden vooraleer het de schoolplichtige jaren heeft bereikt, behoudens uitzonderingsgevallen.

Arf.28 - Nadat de bij vorig artikel bedoelde kinderen toegelaten zijn mogen ook andere leerlingen opgenomen worden zo er nog plaatsen beschikbaar zijn.

Art.29 - De leerlingen worden bij het heropenen der klassen door het schoolhoofd, bijgestaan door de onderwijzers, ingeschreven. - De ouders zullen te dien einde hun trouwboekje vertonen of uittreksels uit de geboorteakten der kinderen om wier toelating zij verzoeken.

Art.30 - De kinderen komen ter school in een behoorlijke staat van zindelijkheid. De onderwijzer gaat die zindelijkheid na bij de aanvang van elke klas.

Art.31 - Buiten de handboeken welke door de geestelijke overheid voor het onderwijs in de Godsdienst en in de zedenleer gekozen worden, moeten de door de wet vereiste boeken en voorwerpen aan elke leerling verstrekt worden.

Hoofdstuk IV: Over de arbeidsdagen en -uren, over de verlofdagen en over de vacantietijd

Art.32 - De leerlingen mogen niet zonder wettige reden uit de school blijven. De reden en de duur van het verlof moeten vermeld worden.

Art.33 Met uitzondering van de bij artikel 34 opgesomde verlofdagen wordt de school alle dagen van het jaar geopend. - De schooldag duurt drie uren des voormiddags en twee en half uren des namiddags.

• ‘s Voormiddags begint de klasse te 8u30 en eindigt te 11 u30.
• ‘s Namiddags begint de klasse te 13u30 en eindigt te 16 uur.
• De bewaker zal 15 minuten voor de aanvang der lessen op de speelplaats aanwezig zijn.
• Er is een speeltijd gedurende 15 minuten ‘s voormiddags te 10 uur en ‘s namiddags te 15 uur.

In de zomer wanneer de temperatuur der klassen 25*C overschrijdt, mag het schoolhoofd de namiddaglessen schorsen en ze door ontspanningslessen of oefeningen vervangen of met de leerlingen de buitenlucht intrekken.

Art.34 - De verlofdagen zijn: de zondag - de zaterdagnamiddag - de maandag der Septemberkermis - Allerheiligendag - Allerzielendag - de 11 November, wapenstilstand - de 15 November, naamfeest van de Koning - de biddag - de 8 December, O.L.V. onbevlekte Ontvangenis - Kerstdag en daaropvolgende dag - de 1^ste en 2^de Januari - de 17 Januari, St. Antoniusdag - de 2 Februari: O.L.V. Lichtmis - de 19 Maart, St. Jozefdag - de 25 Maart, O.L.V. boodschap - Pasen en daaropvol­gende dag - Heilig bloeddag - Ons Heer Hemelvaartdag - Pinkstermaandag - de maandag der Sinksenkermis - de H. Sacramentsdag - de H. Hartdag - de 21 Juli, verjaardag van de inhuldiging van Leopold I - Maria Hemelvaartdag - de dagen der kantonnale vergaderingen

Art.35 - Het tijdstip en den duur der vacantiën worden bepaald als volgt:

• De Nieuwjaarvacantie begint de 1 Januari en de klassen worden heropend de 7 Januari.
• De Paasvacantie begint op Pasen en de klassen worden heropend de tweede Donderdag daarna.
• De Zomervacantie begint de 1 Juli.

4)  Zo het schooljaar, vastgesteld zoals hierboven bepaald, onvoorziens niet het wettelijk vereiste aantal schooldagen bedraagt, dan zal het schoolhoofd, ter gelegener tijd de nodige voorstellen aan het Schepencollege doen om de voorschriften der Wet te doen naleven.

Elk jaar, voor het begin van het schooljaar, zal het schoolhoofd de kalender van de school- en verlofdagen ter bekrachtiging aan het Schepencollege voorleggen.

Hoofdstuk V: Over de straffen en over de beloningen

Art.36 - De schooltucht, d.w.z. de gezamenlijke beginselen waarop gans de school- werkzaamheden steunen, heeft in de eerste plaats ten doel de leerling eraan te gewennen gebruik te maken van zijn vrijheid en terzelfdertijde het recht der andere te eerbiedigen.

Zij ontwikkelt de persoonlijkheid van het kind door middel van een stelsel van bewaakte vrijheid en door het aanwenden der methodes van zelfwerkzaamheid.

Art.37 - Er worden noch lichamelijke noch andere straffen opgelegd, welke de kinderen zouden kunnen ontmoedigen of welke ze aan het onmiddellijke toezicht van den onderwijzer zouden kunnen onttrekken.

Art.38 - Om het kind duidelijk en onpartijdig te beoordelen, geeft de onderwijzer maandelijks rapport aan de ouders.

Bron : Notulen van de gemeenteraad Heist

**************************