De Gesneuvelde Soldaten van Lissewege 1914-18

André Cartreul - ere-gemeentesecretaris

Wat kan op 11 november 1980 aanleiding zijn tot een artikel over bovenstaand onderwerp?

Vooreerst de zeer degelijke en uitgebreide bijdrage van Voorzitter René De Keyser “Wel en wee over de Oostkerkse Soldaten”, verschenen in “Rond de Poldertorens”, 19de  jaargang nr. 3, waar op blz. 120 onder c “Gesneuvelde soldaten in de oorlog 1914-1918, in fine wordt vermeld:

  • 1914 Bonte Henri, geboren te Oostkerke 8-5-1894, 2e karabiniers, gesneuveld te Diksmuide op 29 augustus
  • 1915; Neyts Henri, geboren te Oostkerke..., gesneuveld te Kaaskerke-Oude Bareel in 1916.

Van een andere kant was onze bevinding, kort geleden, dat het hier om één en dezelfde persoon ging. Verder was nog aanleiding, het doden-appel dat jaarlijks op 11 november, bij de hulde aan de gesneuvelden, wordt omgeroepen en de overtuiging die we hadden van de onjuistheid van sommige gegevens.

Tenslotte, zelf oud-strijder-krijgsgevangene zijnde weliswaar van 1940-45, koesteren wij steeds eerbied en liefde voor hen die Land en Volk met hun eigen leven dienden, zij die nog steeds recht hebben op onze dankbaarheid en wier aandenken wij voor het nageslacht moeten bewaren.

Volgt hier dan de lijst van de 10 gesneuvelde soldaten, aangevuld met de twee in deportatie bezweken burgers, van Lissewege 1914-1918; met de juiste gegevens:

  1. Bonte Henri, geboren te Oostkerke op 8-5-1894, ongehuwde zoon van Constant en Mathilde Neyts (deze resp. geboren te Lissewege op 18-4-1856 en te Oostkerke op 29-12-1868), soldaat-vrijwilliger bij het 2de  Regiment Karabiniers, gesneuveld te Kaaskerke op 29-8-1915. Begraven vermoedelijk op de militaire begraafplaats van de Panne of van Oeren, maar er niet gevonden. Inlichtingen op de ministeriële steekkaarten lijken verward. Men weet dus niet juist waar hij werd begraven. Hij verbleef te Lissewege, evenwel zonder inschrijving aldaar, zijnde effectief van Oostkerke. Genaamd naar zijn moeder Mathilde en gewettigd door en in het huwelijk gesloten te Lissewege op 26 oktober 1904 tussen Constant Bonte en Mathilde Neyts. Het is begrijpelijk dat het om één en dezelfde persoon gaat, die wel kon vermeld geweest zijn op het gedenkteken te Oostkerke en niet te Lissewege dat hem, gelet op de inschrijving zijner ouders en zijn eigen feitelijk verblijf, toch recht heeft laten wedervaren.
  2. Claeys Richard, geboren te Beernem op 3-9-1893, ongehuwde zoon van Karel-Lodewijk en Marie-Louise Beekman, soldaat bij het 4de  Linieregiment, gesneuveld te Halen op 12 augustus 1914. Werd begraven op het Militair Kerkhof van Halen.
  3. De Smidt Cyriel, geboren te Lissewege op 2-9-1894, ongehuwde zoon van Pieter en Sylvie Vandenbroucke, soldaat bij het 11de  Linieregiment stamnummer 61.129. Gesneuveld te Poelkapelle op 28 sept. 1918. Overgebracht na de oorlog en begraven onder een heldenkruisje op het kerkhof van Lissewege.
  4. De Vliegher Leopold, geboren te Sint Michiels op 28-2-1889, ongehuwde zoon van Jacob en Rosalie Savels, soldaat bij het 1ste Regiment Genie. Aan de opgelopen verwondingen overleden te Adinkerke op 10 oktober 1918. Begraven op het Militair Kerkhof van de Panne. Graf nr. F.71.
  5. Dhondt Amedée, geboren te Lissewege op 3-10-1894, ongehuwde zoon van Ernest en Justina De Meulenaere, soldaat infirmier bij het 19de  Linieregiment. Getroffen op 22 mei 1918 en overgebracht naar de hulppost te Boezinge; en te Boezinge overleden bij zijn aankomst aldaar op 22 mei 1918. Begraven op het Militair Kerkhof van West-Vleteren, graf nr. 1.232.
  6. Peere Alidoor, geboren te Lissewege in 1889, zoon van Pierre en Romanie Simoens, weduwnaar  van Einma Neirinck. Soldaat bij het l0de  Linieregiment, stamnummer 55.866.
    Aan verwondingen overleden in Marche-les-Dames op 22 augustus 1914. Begraven op het Militair Kerkhof van Champion (Namen) graf nr. 33.
  7. Rosson Charles-Louis, geboren in Jabbeke op 13-4-1889, zoon van François en Pauline Cordy, echtgenoot van Marie-Louise Coene. Soldaat bij het 11de  Line-Regiment, stamnummer 57.061. Als één der eersten in de straatgevechten gesneuveld te Luik (Boulevard de la Constitution 66) op 7 augustus 1914 (om 16 u.). Begraven te Robertmont.
  8. Vandemoortele Remi, geboren te Sint-Eloois-Winkel op 8.12.1894, ongehuwd. Soldaat bij het 11de  Linie Regiment. Aan zijn verwondingen overleden te Adinkerke op 3 oktober 1915. Begraven op het Militair Kerkhof van Adinkerke, graf nr. 694.
  9. Van Dycke Jérôme (Hyeronimus), geboren te Lissewege op 10-5-1889, zoon van Petrus en Maria-Theresia Dewaegenaere, echtgenoot van Octavie Denys. Soldaat bij de Mortieren van Deurne (M.V.D.) 8ste  Artillerie Regiment. Zwaargekwetst op 29 oktober 1917 en overgebracht naar het “Belgian Field Hospital”, ingericht in het Gesticht Clep te Hoogstade, alwaar hij is overleden op 3 november 1917. Begraven op het Militair Kerkhof van Oeren, graf nr. 345.
  10. Vereecke Leon, geboren te Sijsele op 9-7-1896, zoon van Carolus en Leonie Van Wynsberghe, echtgenoot van Clémence Millecam (die uit Diksmuide was gevlucht). Soldaat bij het 1ste Regiment Jagers te Voet. Was met zijn sectie op weg voor een werkopdracht; ze werd beschoten. Leon Vereecke was erg getroffen op een gehucht genaamd Scheewege, vermoedelijk niet ver van Diksmuide. Overgebracht naar de Ambulance l’ Océan, overleed er aan zijn verwondingen op 8 november 1917 om 9.30 u. ‘s morgens. Werd begraven op het Militair Kerkhof van Veurne.
  11. Bruggeman Valère, geboren in Brugge op 8-6-1899, ongehuwde zoon van August en Prudentia van Werrebrouck. Werd gevangen genomen nabij de Belgisch-Hollandse grens te Knokke en als burgerlijk gevangene overgebracht naar het Kamp van de Chiers (tevoren het Fort van Sedan). Overleden van ontbering in het lazaret des Récollets te Longwy (Meurthe-et-Moselle,Frankrijk) op 8.3.1918 om 12.30 u. en aldaar begraven.
  12. Taillaert Leonard, geboren in Houtave op 24 november 1900 ongehuwde zoon van Jules en Amelia Devinck. Evenals Bruggeman Valère hierboven, gevangen genomen nabij de Belgisch-Hollandse grens te Knokke en als burgerlijk gevangene overgebracht naar het Kamp van de Chiers (tevoren het Fort van Sedan). Overleden van ontbering in het Lazaret des Récollets te Longwy (M.- et -M., Fr.) op 7-3-1918 te 17.45 u.. Hij werd begraven aldaar. Samen gevangen genomen, stierven Bruggeman en Taillaert met enkele uren verschil.

Op 10 juni 1914 zond de Gendarmerie, district Brugge, een schrijven aan het Gemeentebestuur van Lissewege, waarbij het gemaand werd om het nodige te doen tot monstering van de militairen met verlof van de klassen 1901 tot en met 1912, op donderdag 16 juli 1914 te 4.40 u. in de gemeenteschool. Een goede 14 dagen later was het oorlog, nl. op 4 augustus 1914.

Ter herinnering de namen van deze opgeroepen militairen, die allen zouden moeten ten strijde gaan, en waaronder we twee gesneuvelden aantreffen: Alidoor Peere en Charles-Louis Rosson.

Hier volgen hun namen:

Barremaecker Désiré Barremaecker Joseph Boi Alfons
Bonte Camille Breems Louis Breyne Gustave
Brouns Joseph Bulcke Adolphe Carels Camille
Coppenjans Médard Decuyper Louis Degrande Henri
Demuynck Julien Devoldere Luc De Vriendt Joseph
Dewaegenaere Camille Dhondt Guillaume Gunst Hyronimus
Gunst Leander Hinjon Louis Janssens Hector
Peere Alidoor Peere Théophile Pintelon Camille
Pintelon Firmin Pyckavet Romain Rosson Charles-Louis
Schram Pieter Rotsaert Jan Tavernier Joseph
Traens Emile Vandevelde François Verheecke Augustin
Versyck Pierre    

(of 34 militairen).

Om dit artikel te besluiten: In de zitting van de gemeenteraad van Lissewege op 30 juni 1920, werd tot de inhuldiging besloten van het oorlogsgedenkteken. Uit de beraadslaging vernemen we dat deze onthulling zou plaats vinden op 11 juli 1920; dat daarvoor een feestcommissie werd opgericht onder het voorzitterschap van raadslid Louis Monbaliu; dat tot bestrijding der kosten een omhaling zou gedaan worden en het eventueel tekort door de gemeentekas zou gedragen worden; en dat aan ieder oud-strijder een diploma zou geschonken worden.

De kosten van het gedenkteken, verschuldigd aan de heer Rousseau te Brugge, waren onderverdeeld als volgt:

Prijs van de gedenkzuil 5.200 fr.
Prijs van de omheining 6.300 fr.
Inbeitelen van 227 letters 283,75 fr.
Vervoerkosten 175 fr.

Totaal: 11.958,75 fr. door een lening te dekken.

Achter het standbeeld op de Markt, werd ook een vrijheidslinde geplant. Terwijl deze laatste, enkele jaren geleden moest geveld worden, verdween ook het gedenkteken van zijn oorspronkelijke plaats en het werd overgebracht naar een inham van de linker-kerkhofmuur.

Op 11 november 1968 waren nog 17 oud-strijders van 14-18 in leven. Zij mochten speciaal herdacht worden, vijftig jaar na de Wapenstilstand. Tien jaar later waren er nog vier; en op deze 11 november 1980 zijn we gelukkig nog in leven te mogen begroeten drie oud-strijders 14-18, namelijk: Henri Rosson, Joseph Styns en Henri Vrielinck aan wie we alleszins nog vele jaren gezondheid en geluk toewensen.

De gesneuvelde soldaten van Lissewege 1914-18

André Cartreul

Rond de poldertorens
1981
01
031-034
Chantal Dhondt
2023-06-19 14:40:26