Mededelingen en Verslagen
2. Archeologisch Onderzoek in het Gebied ten N.-O. van Brugge

Jacques Larbouillat

Dat archeologie een vak is, bewees Lic. Mej. B. Hillewaert in haar voordracht met dia’s, voor een aandachtig gehoor te Westkapelle op zondag 23 november 1986.

Zij belichtte er de archeologische opgravingen die zij uitvoerde in de streek ten noord-oosten van Brugge, tijdens de periode 1985-86.

In de zomer en de herfst van 1985 werden enkele proefsleuven getrokken op het grondgebied van het verdwenen laat-middeleeuws stadje Monnikerede. Behalve interessante metaalvondsten en schervenmateriaal vond B. Hillewaert er een 13d-eeuwse waterput: een houten constructie, die geïnterpreteerd kan worden als een kleine steiger, alsook als een "pinakel" ofte siertorentje dat in de gotische bouwkunst gebruikt werd als bekroning van steunberen of als geveltopversiering.

Noodopgravingen voerde de Juffrouw uit in het gebied dat nu de Zeebrugse achterhaven wordt genoemd. Nabij de vroegere Comunhoeve in Dudzele, voor het eerst vermeld in 1429 en de Kathemhoeve, werden behalve 13d-eeuwse keramiek ook Romeins archeologisch materiaal opgegraven. Veel Romeinse archeologica trof zij ook aan in de aarde afkomstig van de verbreding van het Boudewijnkanaal en de diepzeekade.

Nabij de spoorwegviadukt aan de Herdersbrug in Dudzele, vond Mejuffrouw Hillewaert sporen van een bewoningsplaats uit de 11de-begin 12de eeuw. Waarschijnlijk stonden aldaar kleine gebouwtjes waar vooral ambachtelijke arbeid werd verricht. Behalve het skelet van een hond, werd Pingsdorf-aardewerk afkomstig uit het Rijnland, een kookpot uit lokaal aardewerk en een benen schaats opgegraven.

De aanwezigheid van uitveningssporen konden ook duidelijk vastgesteld worden gedurende de graafwerken voor het plaatsen van een gaspijpleiding in de lente en de zomer van 1986, in opdracht van Distrigas. Het uitvenen van de grond was vroeger een belangrijke bedrijvigheid in de streek Dudzele-Oostkerke-Ramskapelle.

Tot de belangrijkste vondsten behoren Romeins en middeleeuws aardewerk. Sporen van Romeinse bewoning werden niet aangetroffen; veel sporen zijn verdwenen door de uitvening.

Naast de Zelzatebrug in Ramskapelle werd de Diericx Voswal doorsneden. Dit omwald wooneiland, dat omstreeks 1300 wordt vermeld, en dat verlaten werd in de late middeleeuwen, gaf de funderingen van een oude brugpoort vrij. Op korte afstand van die eerste fundering werd nog een tweede bakstenen muur aangetroffen.

Op het grondgebied van Ramskapelle vond B. Hillewaert nog sporen en putten met afval van de steenbakkerij-aktiviteiten van Aaishove, de vroegere steenbakkerijen van de stad Brugge. Sporen van ovens werden door haar niet gevonden. Ondergetekende vond die wel in 1962, samen met Voorzitter René De Keyser en Ondervoorzitter Maurits Coornaert. Bij grondwerken voor de rechttrekking en de aanleg van de huidige Heistlaan werd de brandplaats van een oven aangetroffen. Deze ligt nu onder het wegdek ten zuidwesten van Ramskapelledorp in het "67ste begin van Groot Reigaertsvliet".

Ook bij het graven van een fundering voor een nieuwbouw te Oostkerke, vond B. Hillewaert divers import-keramiek uit het Rijnland en uit Noord-Frankrijk, naast lokaal aardewerk.

Met deze interessante voordracht toonde Mejuffrouw Drs B. Hillewaert aan, dat de Zwinstreek haar archeologische geheimen nog niet allemaal heeft vrij gegeven.

Mededelingen en Verslagen - 2. Archeologisch Onderzoek in het Gebied ten N.-O. van Brugge

Jacques Larbouillat

Rond de poldertorens
1987
02
113-114
Charlotte Bogaert
2023-06-19 14:39:17