1980. - Tijdschrift der heemkring "Cnoc is ier" vzw. - nr. 16
Even ons bestuur voorstellen.
Cnoc is ier
Onbekend maakt onbemind. Men moet tenslotte altijd weten met wie men te doen heeft. Daarom dat we de lijst van ons bestuur, steeds inleidend in ons tijdschrift afdrukken, adres en telefoonnummer mee. We zullen de leden hier even nader voorstellen, kortweg in enkele lijnen. Iedereen weet dat een aktief bestuur van doorslaggevend belang is voor een vereniging, maar dit bestuur weet al evenzeer dat zijn zowat duizend leden al even belangrijk zijn.
We houden een blijvende herinnering over aan Georges Rotsaert (1902-1974), medestichter van "Cnoc is ier", geboren in de Smeestraat "rechtover Pieto Cosyn de brouwer", zoon van Jozef, die de "Café du Tram" opende bij de dorpskerk en waar "De Duinenzonen" kwamen. Georges werd gemeentebediende en kende iedereen in de burgerlijke stand. Hij was weerstander in het Onafhankelijkheidsfront, hij was schrijver, dichter, volkszanger. Hij kende Knokke op zijn duim.
Stichtend voorzitter, nu bestuurslid, is Jimmy De Bruecker (1908), die eigenlijk Germain heet, maar altijd Jimmy (Sport) gebleven is. Hij is de zoon van Casemir de garde. Als verwoed verzamelaar van prentkaarten bezit niemand meer dan hem foto's over Knokkes verleden, een hobby die bij velen aanstekelijk gewerkt heeft, en nog. Hij richtte de eerste tentoonstellingen in en bij iedere gelegenheid haalt hij het beste uit zijn kollektie. Als sportman kan men hem op de golflinks terugvinden.
Voorzitter André D'hont (1918) zag het levenslicht in de Judestraat "bij de dikke boom, als Natte Devulder langs gekomen was". Hij was 35 jaar lang onderwijzer in de gemeenteschool, ook sergeant vóór de 18-daagse veldtocht, krijgsgevangene, maar kwam terug en werd perskorrespondent. Schrijver van de "Dagklapper uit Knokke", "Kent u ze nog de Knokkenaars?",
"Knokke in oude prentkaarten" en menigvuldige brochures. Hij is gelegenheidsdichter, schilder, e.a., ook verzamelaar. Hij vertegenwoordigt "Cnoc is ier" in de Kultuurraad.
Ondervoorzitter Danny Lannoy (1952) groeide op in het stadhuis als zoon van de huisbewaarders. Hij werd er zelfs gemeenteraadslid (en we hebben niets tegen politiekers - het zijn ook mensen!). Danny schreef de historie van het stadhuis voor "Cnoc is ier" en zijn boek "Van Polderdorp tot Badplaats" is een modelwerk over het Knokke van de 19e eeuw. Hij is de sekretaris van de wandelklub "Noordzeebaby's" en mede de grondlegger en inrichter van de Bevrijdingsmars van onze heemkring. Kunstschilder, akkordeonist, e.a., expert voor exposities.
Sekretaris André Sandelé (1930) is een verwoed verzamelaar en richt op oordeelkundige wijze regelmatig de ruilbeurs in. Waar hij verder de sekretaris is van de plaatselijke Vlaamse Postzegelbond, wordt hij als expert tenzeerste op prijs gesteld. De samenstelling van ons tijdschrift is ook zijn werk, zoals hij tevens streng de hand houdt in alle technische problemen van "Cnoc is ier".
Penningmeester Harold Van Eeckhoutte (1936) komt uit de buurt van de Kalfmolen en de Graaf Jansdijk, waar hij als verzamelaar zijn huis vooral getooid heeft met schilderijen van Verwee en andere oude meesters die Knokke zagen. Met Danny organiseert hij de voorname kunsttentoonstellingen voor "Cnoc is ier", over enkele maanden weer een nieuwe in het kultureel centrum. Hij doet vele opzoekingen over de schilders. Zorgt echter vooral nauwgezet over de financiën van onze vereniging.
Kommissaris Rudi Vermeire (1941) is de zoon van Carlos, kleinzoon van Henri van de "Prins Boudewijn", nu lokaalhouder in het Boudewijncentrum. Stond er op dat het oudste hotel van het Dorp ook het mooiste lokaal zou zijn waar vele verenigingen vertroeteld worden, van de schaakkring "Cnoc is ier" tot "De Zeegalm". Bij hem kan men terecht voor alle uitgaven en de kunstborden van de heemkring. Hij weet de tradities van Knokke hoog te houden.
Ere-penningmeester Willy Desmedt (1930), zoon van Theo van de "Noordduif", werd meesterschilder zoals zijn vader, maar ook kunstschilder met menigvuldige doeken over Knokke. Reeds vroeg verzamelaar wist hij een massa zaken van vernieling te redden. Zonder hem zouden vele schatten van de stukgeslagen St.-Margarethakerk op de stortplaats van Schapenbrugge terecht gekomen zijn. Willy bezit een waar museum over het verleden van het dorp, terwijl zijn verzameling foto's tot de meest uitgebreide behoort.
Gerard Adriaenssens (1924), uitbater van een deel van de Nieuwe Hazegraspolder waar de hengst prijkt op de "Grote Stelle", is een deskundige voor wat het landelijke Knokke betreft. Hij bezit een rijke verzameling oude kaarten van de streek en hij bracht ook een volledige reeks kanonballen uit de Zwinbodem bij mekaar. Als lid van het Verzet kwam hij op het idee om de Bevrijdingsmars in te richten. Hij is verder de gids op fietstochten om beter polders en dijken te doen kennen. Archieven pluist hij uit.
Alfons Lierman (1903) is de zoon van Pietje "die bij de Keunedreve de laatste hofstee had vooraleer de Oosthoek te bereiken". Fons die Stokkeschutter is, en meer pijlen op z’n boog heeft, was ook stichter van "Oud Knocke" met de karabijn. Hij leeft volop in het volkse leven en kent alles beter dan wie ook, destijds als redder op het strand en vervolgens bij iedereen terecht. In de heemkring is hij dan ook de man om inlichtingen te verstrekken. Na de oorlog was hij gemeenteraadslid, maar kreeg er "de buik van vol" en gaf ontslag.
Yves Tourrain is het jongste lid van het bestuur, pas op militaire dienst, maar dan ook het bewijs dat men zich reeds vroeg aan de heemkunde kan interesseren. Hij is volop in de weer met het radio-amateurisme en bewijst daarbij vele diensten op de uitstappen. Zijn verzameling bevat niet alleen vele oude foto's maar ook deze van het Knokke van nu. "Het heden is het verleden van morgen". Met Yves is de toekomst van "Cnoc is ier" verzekerd.
Gaspar Warnier (1939) is in vele verenigingen thuis, o.a. als voorzitter van het Willemsfonds, mede in het dagelijks bestuur van de Kultuurraad. Hij lag aan de basis van de schaakkring "Cnoc is ier", een afzonderlijke vereniging. Als aktief bestuurslid spant hij zich, mede met Danny en Gerard, bijzonder in voor de Bevrijdingsmars, een organisatie die grondig dient voorbereid te worden, niet alleen voor de wandelaars maar ook op de Canadese ambassade. Hij richt speciaal nog de Canadese avond in op 2 november.
Tot zover het bestuur en beheer.
Zonder te vergeten "last but not least":
Ere-voorzitter Graaf Leon Lippens (1911), ere-burgemeester van Knokke, beheerder van de Zoute-Compagnie. Deze grote figuur moeten we wellicht niet meer voorstellen, waar hij ook het natuurreservaat van het Zwin tot een schat voor fauna en flora heeft weten te behouden, maar waar hij steeds aanwezig is als het over Knokke en zijn bewoners gaat. Hij weet er zoveel over te vertellen dat men steeds geboeid naar hem kan luisteren, bij het ophalen van anekdoten of om de geschiedenis van de streek van zijn voorvaderen te achterhalen. Hij schreef vele werken, in het bijzonder in verband met het Zwin, en z'n verzamelingen bevatten waardevolle herinneringen waarin de geschiedschrijvers van Knokke heel wat kunnen putten.
Het bestuur staat paraat voor u, met de leuze Cnoc is ier.
Leden die hun bijdrage voor 1980 nog niet vereffend hebben, kunnen dit nu onmiddellijk doen door storting van 150 fr. op de rekening van:
- – ofwel Generale Bank: 280-0427920-90
- – ofwel Kredietbank: 478-4202601-29
- – ofwel ASLK Knokke: 001-0596593-22
van de h. Harold Van Eeckhoutte te Knokke.
Met dank bij voorbaat!