Op tournee op het Verweeplein te Knokke

Georges Rotsaert

We leren bij het reizen.
En reizen is plezant.
Maar ‘k moet er U op wijzen:
Reist in uw eigen land.
Al is ons Landje kleine,
En niet te groot en is.
Er rijden toch veel treinen,
Omnibus en expres.
En we rijden dus met de omnibus.
Want die voert U weer naar huis.

Refrein:
Ja O ja en reizen is plezant.
Ja O ja en reizen is plezant.
Ja O ja en reizen is plezant.
En de meeste leute in ons eigen land.

+

We doen dus een toernéke,
En stappen op de trein.
Reizen in eigen streke,
Hier op het Verweeplein.
En gauwe gaan we stoppen.
We zijn al aan de Nord.
Gaan binnen zonder kloppen,
En drinken een export.
Een lekker export.
Neen dat kon geen tort.
Bij René van in de Nord.

2e refrein:
Ja O ja en reizen is zo fijn.
Ja O ja en reizen is zo fijn.
Ja O ja en reizen is zo fijn.
Al is het maar een toertje op
het Verweeplein.

+

En verder gaat de reize,
In goeie compagnie.
En om geen dorst te lijden,
Stopt men aan de Midi.
Een pint gaan wij bestellen.
Spreken van varia.
Een grapje ook vertellen,
En zingen tra-la-la.
We drinken een demi.
Georges is er geren by.
‘t Is plezant in De Midi.

2e refrein:

+

Ons treintje wacht trouw buiten.
In regen, koude en wind.
Als hij begint te fluiten.
We springen er op gezwind.
Tut-tuut, klinkt z’n refreintje
Tut-tuut, fluit het met lust.
En daar stopt nu ons treintje,
Aan de Café Wellust!
Want we hebben dust en drinken met lust.
Een frisse pint in de Wellust.

2e refrein:

+

We stappen weer op ‘t treintje.
En zijn aldoor tevrée.
Tut—tuut, zingt z’n refreintje.
We tutten dapper mée.
En rapper gaat het rijden.
Het slaat bijna op hol!
Een ramp kon men vermijden,
Juist aan de Parasol!
Daar is leute en lol.
En weer een pinte vol.
In de café De Parasol!

2e refrein:

+

We zullen verder trekken.
De reis is niet gedaan.
Nog eentje gaan we stekken.
We gaan weldra weer staan.
We komen aan de Beurze:
La Bourse in het frans.
En drinken een lekkere Geuze.
De baas houdt van een zwans.
Maar onze beurs wordt plat.
Pol zegt: “Wat geeft dat,
Reist zonder broek in uw bloot gat!”

2e refrein:

+

Daar fluit ons treintje weder.
Ja ‘t staat alweer gereed.
De strate is nu breder,
En met tarmac bekleedt.
Het is alsof wij glijden.
Het treintje blijft ons fair.
En zachtjes blijft hij rijden.
Maar stopt aan De Grand Air!
En met een lachend air,
Schenkt Jef ons een verre.
‘t Is veel plezier in De Grand Air!

2e refrein:

+

Daar wordt het sein gegeven.
Terug op onze trein.
Het is alsof we zweven,
Al rond het Verweeplein.
We zingen dan ook allen,
En luid klinkt onze stem,
Als wij nu binnenvallen,
Bij Louis Van Bellgehem.
En ‘t is weerom feest.
En drinken om ter meest.
En we zijn niet zat geweest.

2e refrein:

+

Veel lichter dan w’ eerst waren.
Wij kruipen op de trein.
Ja ‘t heeft ons wel gevaren,
Hier rond het Verweeplein.
We zijn in goei conditie.
We zijn wel nat van binn!
Maar daar komt de politie:
We moeten de bak in!
We reden sens uniek:
Dat was hun repliek.
Maar het was toch magnifiek.

2e refrein.

**********************

't Volgend nummer van 't tijdschrift “Cnoc is ier” verschijnt in oktober 75. Eenieder kan steeds zijn bijdrage over heemkunde aan dhr André Sandelé, secretaris, Dumortierlaan, 99 te Knokke-Heist-1 bezorgen. Dit is tevens het geval voor diegenen die hun publiciteit in volgende uitgave willen laten verschijnen. Met beleefde dank bij voorbaat voor uw welwillende medewerking.
Het Bestuur.