Op de voois van:
Alzingend 't vrije lied
Tekst: Georges Rotsaert
Cnoc is ier
We zitten met de fusie, ’t is nu Knokke-Heist
Ons name is gegraven, wie heeft dat ooit gepeisd?
Zou het ook gedaan zijn met de Knokse zwier ???
Nee, nooit want Cnoc is ier!
---
Refrein:
Zingen, drinken, leute maken moet het zijn,
De boog mag niet altijd gespannen zijn,
Klinken wij met 't volle glas schuimend bier,
Ons leus is: Cnoc is ier!
---
In ’t oude dorp van Knokke in de Boudewijn
Werd zij weer herboren, ’t kon nergens beter zijn,
Men schonk terug haar name en z'is niet weinig fier,
Het klinkt weer: Cnoc is ier!
---
Zij ligt nog in de wiege, maar 't wordt een flinke meid,
Haar peter en haar meter staan in voor haar beleid,
En alle Knokkenaren juichen van ’t plezier
Viva van: Cnoc is ier!
---
Het wakkere bestuur heeft veel werk voor de boeg,
Maar die is niet bang en vormt een flinke ploeg;
Verzorgt haar op de puntjes met liefde en plezier
Tot roem van: Cnoc is ier!
---
Beelden uit 't verleden wat Knokke vroeger was,
Ja van ’t oude kerkje tot over 't Hazegras,
Er is heel wat verzameld en elk op zijn manier,
Bravo voor: Cnoc is ier!
---
Ons mooie, duinedistel prijkt op haar blazoen,
Een ander wapen heeft zij niet vandoen,
Wij hebben dat gezworen hoog bij de banier,
Getrouw aan: Cnoc is ier!
---
Wij zijn al vrije zielen en hebben nooit geplooid,
Men kan ons wel eens dwingen, maar nederbuigen nooit,
En ook geen zolenlikkers maar vrank en fier,
Vooraan met: Cnoc is ier!
---
Laat ons lied weergalmen aan 't nageslacht verkond,
Wij zijn vervuld met liefde voor onze Knokse grond,
Men zal haar steeds bezingen, al spelend op de lier,
Lang leve: Cnoc is ier!