OOSTKERKE - Een nieuwe St-Guthagoklok

Rene De Keyser

De klokken te Oostkerke zijn alle twee verloren gegaan gedurende de oorlog 1940/44. De dan reeds gebarsten grote klok werd door de Duitsers weggenomen op 2 september 1943. Ze woog 825 kgr en droeg de naam Sint Guthago. De Mariaklok of kleine klok werd vernield samen met de kerk op 22 oktober 1944.

Kort na de oorlog is de parochie in het bezit gekomen van een klein klokje, wegende 80 kgr, van onbekende herkomst, met als opschrift "+ Georgius Du Mery me fecit Brugis anno 1749” met daarbij een wapenschild voorzien van twee schilddragers.

In "Male" geschiedkundige sprokkelingen door Wej. Cafmeyer, uitgegeven door het Gemeentebestuur van St-Kruis in 1952, wordt dit wapen beschreven: “Ecu tranché, au 1 d'or à un membre du lion de sable posé en bande; au 2, de sable à une bande d' or. Supports: deux léopards lionnés d'or; l'écu est sommé d’une couronne de baron aux Pays-Bas autrichiens". Dit is de beschrijving van het wapen van Albert Claesman, heer van Vijvekapelle en baron van Male van 1734 tot 1750. Dit kleine klokje kan dus afkomstig zijn van Male (kasteel) of van Vijvekapelle (kerk). Het werd te Oostkerke opgehangen met behulp van staken tussen twee bomen op het kerkhof naast de houten noodkerk die gemaakt was van een oude soldatenbarak die opgetimmerd was naast de elektriciteitskabien in december 1944.

Bij het in gebruik nemen, in april 1948 van de stenen noodkerk werd dit klokje in een klein belfortje opgehangen, dat boven die noodkerk was gebouwd. Het klokje werd een derde maal opgehangen (derde keer goede keer) in de herbouwde kerktoren, als de herstelde kerk werd in gebruik genomen op 29 augustus 1954.

Op 18 juli 1954 werd in de stenen noodkerk een nieuwe klok gewijd “Maria" genoemd, wegende 890 kgr en gemaakt door het huis Michiels te Doornik, voor de som van 56.000 fr en met fa-kruis als toon. Na het in gebruik nemen van de herstelde kerk werd ze ook in de toren opgehangen. Ze draagt als opschrift: Me fudit Michiels Fr. Tornaci D.0.M. ac Beatissimae Virgini beatoque ditavit me communitas parochiae de Oostkerke anno Domini 1954, a destructione totius ecclesiae decimo, cura Arthuri Vandekerckhove parochi Arthuro Loobuyck praepositi. Susceperunt Achilleus Strubbe et Alicia Maria baronissa van der Elst. Faventibus fabricae rectoribus Achilleus Strubbe, Camillus Focedey, Camillus Maenhoudt, Arthuro Vandekerckhove, Octavo Vandevelde.

Hierbij gevoegd staat het wapenschild van de familie van der Elst.

Op zondag 30 augustus 1964 werd in de kerk nog een nieuwe klok gewijd door Z.E. H. Const. Remmerie, deken, die ook de voorgaande klok had gewijd. Het latijns opschrift verscheen in het Nederlands in "Poldertoren'- parochieblad voor Lapscheure, Oostkerke, Westkape11e en Hoeke" van 6 sept ll.

De klok werd Sint Guthago genoemd naar haar voorganger die in 1943 door de Duitsers werd weggenomen. Deze laatste was gewijd op 19 dec 1905, woog 825 kgr en was gegoten van het metaal, afkomstig van de gebarsten St-Kwintensklok die 935 kgr woog en gewijd was in 1808 samen met de in 1944 vernielde Mariaklok.

De St-Kwintensklok die in 1905 werd hergoten, kreeg toen de naam Sint Guthago ten gevolge van het heropleven rond die tijd, van de eredienst van de Heilige Guthago. Deze eredienst herleefde door de zaligverklaring van Idesbald van der Gracht in 1896. Idesbald was de abt van Ter Duinen die in 1159 op Oostkerke aanwezig was bij de heiligverklaring van St. Guthago.

De nieuwe Guthagoklok weegt 470 kgr, kost 70.000 fr en heeft la en 2 tienden als toon.

Aldus beschikt Oostkerke, 20 jaar na de totale vernieling van de kerk, weer over drie klokken, zoals in de goede oude tijd onder Maria-Teresia. De klokken uit die goede oude tijd, leveren echter stof genoeg voor een volgende nota.

00000000000     000000000000     0000000000000