Praktische informatie |
---|
Plaats:
Pastoor Opdedrinckplein z/n, Knokke Uren: 11-18u, met doorlopend gidsbeurten
Verhaal: Deze basilicale kerk met haar sobere en strakke architectuur, een ontwerp van de Antwerpse architect J. Ritzen, werd in 1958 afgewerkt. Opvallend zijn de opengewerkte toren en de voorgalerij. De kerk heeft twee orgels: een groot nieuw orgel gebouwd door orgelmakers Loncke (1996) en een kleiner instrument van de hand van Nicolaas Helewout (1631). Met een kindvriendelijke gids. | I.s.m. Kerkfabriek Knokke. |
In 1455 werd al melding gemaakt van de kerk die onder de aanroeping stond van de H. Margareta. Tijdens de Geuzentijd (1569-1584) onderging het kerkje van Knokke ook het lot van de meeste omliggen de kerken: vernieling en brandstichting. In 1632 werd een aanbesteding uitgeschreven voor het herstel van de nieuwe toren. Het torentje vertoont overigens een sterke gelijkenis met dat van de oude kerk van Heist (afgebroken in 1884), eertijds de parochie Koudekerke. In 1936 werd het geklasseerd. Na Wereldoorlog II bleek het oude kerkje nogal geleden te hebben onder de dynamiteringen in de omgeving. De gewelven dienden gestut te worden. Bovendien was de parochie uitgegroeid tot 8000 "zielen", de toeristen niet meegerekend.
De bouw van een nieuwe, grotere kerk drong zich op. Tussen de opdracht hiertoe van Bisschop Lamiroy in 1946 en de uiteindelijke aanstelling van de Antwerpse architect van Nederlands-Limburgse afkomst Jos Ritzen (1896-1961) verliepen 6 jaren van afgewezen bouwplannen. Aannemer Cottyn uit Heule kreeg de bouwopdracht toegewezen in 1954. Vanaf de eerstesteenlegging midden 1955 tot eind 1956 schoot het werk heel goed op. Maar ziekte van de aannemer, vereffening van de bouwfirma en interne meningsverschillen veroorzaakten toen een oponthoud van anderhalf jaar! Pas op 28 september 1959 kon de nieuwe kerk worden ingewijd.
In 1957-1958 werd de oude Sint-Margaretakerk gesloopt. Op het torentje na verdween het stemmige kerkje uit het dorpsbeeld van Knokke.
De kerk is een vrije kopie van de basiliek van Sint-Paulus-buiten-de-Muren te Rome. Het opzet is verbazend logisch: een ruim voorplein met links een gesloten gaanderij, aangesloten op de voorgalerij van de kerk, en de devotiekapel ("Fatimakapel") verbindend met de toren. Rechts weer een gaanderij, die uitkomt op de catechismuszaal. De middenbeuk meet 40 bij 15 m, en 17 m hoog, tussen 2 rijen zuilen van 6,5 m hoog en 1,20 m diameter. In deze muren, met even geprofileerde witte stenen omlijsting, rechthoekige bronzen ramen. Wat een licht! Het koor is afgescheiden met een massief-zware triomfboog. De nieuwe toren is 56 m hoog, een lantaarnvormige constructie bovenop een 40 m hoge vierkante basis.
Bij de bouw werd naast baksteen en beton ook heel wat hout als bouwmateriaal aangewend. In Romeinse basilieken (boven de Alpen vinden we hiervan ook een voorbeeld in Trier) zit het dakgebinte meestal verscholen achter een cassetteplafond. Dat is hier ook het geval. Het plafond is in rijk-gouden hout, dat als het ware zweeft. Het verheft zich 17 m boven de begane grond. De kerk bevat, naast 3 doeken van Erasmus Quellinus (17de eeuw), een schilderij op hout van Otto Venius, leermeester van Rubens (16de - 17de eeuw). In de linkerzijbeuk wordt de aandacht direct getrokken op het O.-L.-Vrouwaltaar. De schilderijen van de hand van de Brugse schilder K. Beyaert (1904) zijn gevat in mooie neogotische panelen. Veel ouder is de predikstoel. Dit mooie staaltje van houtsnijkunst dateert uit 1764. Het is een vierzijdige kuip, gescheiden door hangende trossen fruit, die steunt op een grillig, met bladeren opgesmukte stam met trap. Op de panelen zijn de medaillons van Christus en de patroonheiligen van de parochie aangebracht.
Merkwaardig is ook de biechtstoel, die recentelijk teruggekeerd is uit het kerkje van Hoeke. Die zou dateren uit 1643. De vier evangelisten zijn in de gebruikelijke symboliek uitgebeeld. Bijzonder is in elk geval dat hun namen in het Engels staan gebeiteld. Een nog niet opgeloste vraag. In de rechterzijbeuk werd het hoofdaltaar uit het oude kerkje (1895) van de verkoop gered. De Gentse schilder Dhondt schilderde meer dan 100 jaar geleden het legendarische leven van de H. Margareta in een stijl die refereert naar Jan van Eyck. Heel mooi zijn de deurtjes van het tabernakel in het hout uitgesneden en gekleurd. Het lam en de pelikaan verwijzen naar de eucharistie. Het Sint-Jozefsretabel is neogotisch. De schilderijen zijn gevat in mooie eikenhouten panelen. Men treft er eveneens aan in de kleine devotiekapel van het Kindje Jezus van Praag.
De patroonheilige Sint-Margareta is afgebeeld in een mooi houten gepolychromeerd beeld. Ze staat daar met een kruis, waarmee ze de draak in bedwang houdt, de palm en de kroon, die verwijzen naar haar maagdelijkheid en haar martelaarschap.
Het geklasseerde Helewout-orgel bevindt zich op het nieuw klein doksaal in de rechterkruisbeuk. Nicolaas Helewout, orgelmaker en organist van de (nu verdwenen) Sint-Donaaskathedraal in Brugge bouwde het orgel in 1631 voor de Sint-Jacobskerk in Brugge.
Na de bouw van de nieuwe kerk werd alleen het instrument zelf, zonder de kast, er opgesteld. Men vond dat de barokke orgelkast niet paste in de stijl van de nieuwe basiliekkerk. Dit nochtans zeer waardevolle 17de-eeuwse orgelmeubel, terecht beschouwd als een belangrijk onderdeel van ons kunstpatrimonium, verdween in 1965 in onduidelijke omstandigheden naar Duitsland en dook in 1971 uiteindelijk op in de Sankt-Peterkirche in Keulen. Bij grondige restauratie van die kerk in de jaren 1990 bleek de kast ook daar niet meer in het moderne interieur te passen. Het intussen opgerichte Orgelcomité slaagde er met behulp van sponsoring en inspanningen van heel wat kleine en grotere schenkers in, om in 1997 de orgelkast opnieuw in de Sint-Margaretakerk te krijgen en met het oorspronkelijke instrument samen te voegen. De kast vormt een fraai vijfdelig stuk houtsnijwerk vol symboliek, met halfrond hoger uitspringend middengedeelte. De zijkanten zijn begrensd door gegroefde ionische pilasters. Het geheel werd, volkomen terecht, op 29 november 2000 als monument geklasseerd, gezien het hoge kwalitatieve gehalte van de 17de-eeuwse Vlaamse orgelbouwproductie , en het feit dat van Nicolaas Helewout nagenoeg niets anders bewaard is.
Ingespeeld op 17 maart 1996 is het grootorgel, het Loncke-orgel, in de Sint-Margaretakerk wellicht een van de meest recente grote kerkorgels in Vlaanderen. Het orgel telt 44 registers met een tremulant op het borstwerk, een zwelkast en 3000 metalen pijpen van verschillende grootte. Het orgel heeft 64 mogelijkheden. De klavier- en registratietractuur zijn mechanisch. De orgelkast neemt de volledige breedte van het doksaal in; het is zeer kunstvol met de hand gesculpteerd. Het instrument zelf, maar ook het prachtige eikenhouten orgelbuffet getuigen van de voortzetting van de hoogstaande traditie die de Vlaamse orgelbouwkunst kenmerkt. Het orgel wordt niet alleen bij de liturgische vieringen bespeeld, maar het staat ook ter beschikking van de leerlingen van deKunstAcademie. Vele malen per jaar worden orgelconcerten en orgelbespelingen gegeven.
Open Monumentendag 2013Open Monumentendag Vlaanderen: zondag 8 september 2013 Open Monumentendag Nederland: zaterdag 14 en zondag 15 september 2013 |
|||
Open Monumentendag Knokke-HeistKnokkeDuinbergen |
HeistRamskapelle |
Praktische info Gratis touristisch treintje (Uurrooster)
Algemeen overzicht Open monumentendag Vlaanderen |
|
Naar startpagina - Open Monumentendag 2013 Knokke-Heist |