Doopkleedjes

doopkleedje

doopkleedje02 

Bij de hogere klasse waren de doopkleren meestal familiestukken die van generatie tot generatie werden doorgegeven.  De volledige tenu  bestond uit het eigenlijke doopkleed, de doopmantel, een doopsluier en een doopmutsje.  De kleedjes waren in het wit van de onschuld en soms borduurde men er de kleedjes de namen van alle kinderen die er in gedoopt waren, op.
In sommige families werd het doopkleed gemaakt uit het witte trouwkleed van de moeder. Maar de armen hadden zelfs dat niet.  Het kindje werd dan gedoopt in "den opnemer", een dikke wollen, witte doek waarin het kind werd gewikkeld.  Anderen leenden een doopkleedje bij familie of kennissen of bij de vroedvrouw.  Soms stelde de kerk de doopkledij ter berschikking.

Vorige pagina / Overzicht / Volgende pagina