Een matroos

André Desmidt

André als matroos inhuldigingsprocessie pastoor Ampe (1956)

Het beroep van matroos is al eeuwenoud. De benaming dateert van de zestiende eeuw. Onze Dikke Van Dale zegt: een schepeling, een zeeman van de laagste rang. In het Frans spreekt men van een "matelot" en dit gaat meer naar de oorsprong van het woord. Immers omdat matrozen de laagste in rang waren kregen zij aan boord geen eigen bed maar moesten zij met twee personen (beurteling) slapen in dezelfde hangmat. En als we even doordenken dan zijn dit lotgenoten in de hangmat. We onthouden lot en mat en komen tot matelot later vervormd in het Nederlands tot matroos. Vervormingen kennen we al mathenot, maetroos,...

We herinneren ons zeker ook de kinderen van het koninklijk werk IBIS die allen een uniform droegen, het waren matroosjes.

Bron

• Artikel in tijdschrift De Grote Rede (uitgave september 2018). Een uitgave van het VLIZ.