Het Golfhotel, architecturale parel van het Zoute
Danny Lannoy
Golf Pension ouverture saison 1913
Halfweg de 19e eeuw kwam het toerisme stilaan op gang aan de Belgische Kust. Vooral Oostende bleek zich te profileren dankzij de Koninklijke belangstelling van Leopold II.
Aan de Oostkust liep het vissersdorp Heist in de voetsporen van Blankenberge. Enkele Heistse herbergiers kregen nu en dan wat vreemdelingen over de vloer. In 1868 werd de spoorlijn Brugge-Blankenberge ook met Heist verbonden. Dit zette bepaalde grondeigenaars ertoe aan hun gronden, tussen het dorp en de zee, te verkavelen. Zo ontstond, ten noorden van de oude dorpskern en treinbedding, de badplaats “Heyst-aan-Zee”.
Knokke was toen nog een landbouwdorp waar niets stedelijks te vinden was en met heel weinig bedrijvigheid. Knokke werd in de gidsen beschreven als een groene oase van rust, gelegen aan de rand van de polders. Het bestond uit enkele straten met weinig bebouwing, een paar molens, een Romaans kerkje en wat schilderachtige huisjes in de duinen.
De Belle Epoque of periode van 1880 tot 1914 was bepalend voor de ontwikkeling van Knokke als badstad. Oorspronkelijk verhuurden de herbergiers enkele kamers aan de eerste vreemdelingen die in Knokke belandden. Geleidelijk aan werden de bescheiden dorpscafés verbouwd tot kleine pensions.
Schilders en schrijvers werden bekoord door de omgeving, de polderdijken, de boerderijen en de kleinschaligheid van Knocke-dorp. Zij vonden er hun inspiratie.
De ‘Weg naar Westkapelle’ (Smedenstraat) zorgde voor verbinding met het binnenland en er liep een zandweg door de duinen naar de naburige kustplaats Heist. Vervoermiddelen waren paard en kar of ezel.
Het waren niet de gemeentebesturen die zich bekommerden om het ‘toerisme’, het waren de promotiemaatschappijen die aan de basis lagen van de toeristische ontwikkelingen.
Zo was er onder meer Alfred Verwee die meer in zijn mars had, en verder zag, dan het schilderen van paarden en koeien. In 1887 stichtte hij een ‘consortium’, kocht 34 ha grond aan de familie Lippens, beheerder van de Zoutepolder, en startte als eerste met het Station Balnéaire de Knocke-sur-Mer die zijn zetel had te St. Joost-ten-Noode.
In 1888 werden de paviljoenen bij de vuurtoren afgebroken. Een eerste gedeelte van de zeedijk werd aangelegd en het prestigieuze dijkhotel van Louis Van Bunnen (1848-1918) rees op uit de duinen. Het Grand Hôtel de Knocke uit 1889 was toen een indrukwekkend gebouw. In 1890 werd de tramlijn Brugge-Knokke aangelegd, die liep tot in het Dorp met een extra verbinding tot in Heist. Van dan af werd Knokke beter bereikbaar. De eerste rijwoningen, toen villa’s genoemd, werden opgetrokken langs de Steenweg naar Zee of Zeestraat (Lippenslaan). De getransformeerde herbergen in de dorpskern waren niet meer voldoende om de toevloed van toeristen op te vangen. Enkele pientere Knokse families zouden zich eveneens opwerken in de wereld van het hotelwezen.
Voor Knokke was de uitbouw van ‘Het Zoute’ van kapitaal belang. In 1908 werd de ‘Cie. du Zoute’ opgericht onder impuls van de neven Maurice en Raymond Lippens. De Duitse stedenbouwkundige J. Stübben kreeg de opdracht het stratenplan van het Zoute uit te werken en vrij spoedig verrees een villapark in de duinen en aangeplante bossen. De twee oorlogen waren spelbreker in de uitbouw van het Zoute maar toch kon het aparte karakter bewaard blijven en kreeg Knokke-Zoute het statussymbool van een aangename badplaats met een ‘speciaal cliënteel’.
De Engelsen werden naar Oostende gelokt door de paardenrennen, maar de aantrekkingskracht van Knokke was het golfspel in de duinen. Heel wat Engelse renteniers en oorlogsveteranen betrokken een villa in Knokke; zo ontstond een ware Engelse kolonie die hier een Anglicaans kerkje liet bouwen.
In 1901 was, tussen Heist en Knokke, reeds ‘Duinbergen’ ontstaan onder impuls van grondeigenaar Donat Van Caillie.
Na WO I kwamen de Engelsen opnieuw massaal naar de Belgische kust. De gunstige koers van het Britse ‘pond’ speelde daarbij een grote rol. Ze bezochten de slagvelden en oorlogskerkhoven in de Westhoek, maar in Knokke kwamen ze hun geliefde sport beoefenen.
Families zoals Vermeire, Tavernier, Deklerck, Baeyens, Meysman waren generaties lang een vaste waarde in het Knokse hotelwezen. Het begin der jaren ’20 was een gunstige periode voor Knokke. Het aantal hotels steeg van 48 in 1913 tot 66 in 1923. Het aantal pensions bleef gelijk, een kleine dertigtal.
In het interbellum werd het hotelbestand sterk uitgebreid in Knokke. Vanaf 1920 kwamen er heel wat grotere hotels bij. Niet minder dan 72 bouwvergunningen werden goedgekeurd. Dit aantal bevatte ook de hotels die erbij kwamen door de uitbouw van het ‘Albertstrand’. Tussen 1931 en 1935 waren er slechts vier aanvragen, dit was te wijten aan de economische crisis.
De economische crisis, bij het begin van de jaren ’30, was ook nefast voor enkele hoteluitbaters.
De hotellijst van 1935 vermeldde 143 hotels en 42 pensions. In 1940 was het record aantal hotels 149, verdeeld over de deelzones Knokke-Zoute en Albertstrand.
Tussen 1951 en 1962 waren er geen noemenswaardige wijzigingen in het hotelbestand. Enkele sloten hun deuren en enkele nieuwe kwamen erbij. In 1962 waren er 49 hotels te Knokke, 36 op het Albertstrand en 22 in het Zoute, een totaal van 107 hotels en 15 pensions.
In de late jaren ’50 ging het stilaan achteruit met de hotelsector. Niet alleen werd het hotelverblijf te duur, ook de personeelskosten waren te hoog om nog langer het hoofd boven water te houden. Veel pensions en hotels verdwenen onder de sloophamer en werden vervangen door een andere logiesvorm: het ‘appartementstoerisme’ deed zijn intrede. In 1935 had Knokke 143 hotels, in 1970 was dit aantal verminderd tot 99.
Blikvanger van het Zoute
In 1912 werd het Golf Hotel opgericht naar de plannen van bouwmeester Pirenne.
Was het hotel gebouwd na WO I, dan had men waarschijnlijk een andere bouwstijl gehanteerd!
Architect Adolphe Pirenne (1876-1932) was niet aan zijn proefstuk toe. Hij was afkomstig van Brussel en had in 1901 zijn diploma behaald aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten. Pirenne was hoofdzakelijk werkzaam in het Brusselse tot hij naar de kust kwam omstreeks 1909.
Duinbergen werd officieel gesticht in januari 1901 door advocaat-notaris Donat Van Caillie (1871-1947) naar een stratenplan van de Duitse stedenbouwkundige Joseph Stübben. Daar speelde Pirenne als ontwerper van villa’s een belangrijke rol (minstens een twintigtal villa’s en enkele hotels).
Toen in 1908 de ‘Compagnie Het Zoute’ werd opgericht door de familie Lippens was hij één van de eerste bouwmeesters die de opdracht kreeg plannen te ontwerpen voor villa’s in de nieuwe tuinwijk ‘Het Zoute’. De stichters hadden ook hier beroep gedaan op Stübben om een eerste gebied uit te tekenen met een evenwicht tussen hoofdwegen en groenrijke lanen. Slingerende paden maakten het mogelijk de cottage zowel aan de voor- als achterzijde te bereiken. De voorschriften van de Compagnie waren streng. In het Engelspad en de omgeving van de Fochlaan genoot de Anglo-Normandische stijl de voorkeur.
Pirenne stond in voor de eerste twee villa’s van het Zoute. De eerste bewoners waren Britse families, in ‘Les Sangliers’ kwam kolonel Bacon zijn zomermaanden doorbrengen en in ‘Les Ifs’ was het de familie Allison.
In het Vlaamspad kwamen villa’s met kenmerken van polderhoeves, witte muren soms voorzien van een geschilderde zwarte plint, rode dakpannen en ramen met vensterluiken. Hij stond ook in voor de bouw van het Anglicaans kerkje uit 1911 en het clubhouse van de Golf. Kustarchitectuur is altijd primair verbonden geweest met de zee. Er werd afgezien van het stedelijke karakter. Bij de eerste projecten in het Zoute kreeg de ‘cottagestijl’ dan ook de voorkeur. Deze bouwtrant vonden we reeds terug in Duinbergen, De Haan, Koksijde en De Panne. Het duingebied was dan ook het ideale terrein om een vakantiewoning in te planten. Zo werd ook in 1912 gekozen voor die stijl bij de bouw van het Golfhotel.
Het oorspronkelijke gebouw bestond uit drie delen met identieke topgevels, gecementeerd en van imitatie-vakwerk voorzien en donkerbruin geschilderd (tête de nègre). Deze bouwstijl was totaal verschillend van de vroegere dorpshotels met hun rechtlijnigheid en geplaasterde gevels.
De verhoogde gelijkvloerse verdieping werd uitgevoerd in parament metselwerk; de verdiepingen daarentegen werden witgeschilderd. Centraal werd een balkon voorzien van een houten balustrade. Twee symmetrische vooruitspringende topgevels stonden in contrast met de volle dakverdieping.
Het Golfhotel leek op een ‘villa-hotel’ en stond aan de westkant van de hoofdlaan (latere Elizabetlaan) van het Zoute.
De tuin werd afgebakend met een laag muurtje en consoles.
De opdrachtgever was een zekere Vanden Hoecke en uitbater werd Charles Neirynck - M. Tavernier (°Oostende 25.12.1894). (Mrs. Pool!)
In- en uitspringende gevelpartijen, balkons, voorportalen en loggia’s gaven het gebouw een pittoresk silhouet. Erkers zorgden voor zithoekjes met licht en schaduw. Overdekte terrassen verbonden het interieur met de tuin of buitenwereld. Bij de bouw van cottages werd veel gebruik gemaakt van hout voor luiken, leuningen en schoorstukken.
Daken hadden verschillende hellingen en sterk overkragende delen. Binnenin de woning werden maximaal wandkasten aangebracht om plaats te winnen. Al deze elementen waren aanwezig in het project van Pirenne. Na de WO I bleef Pirenne ontwerpen tot 1928. Hij ontwierp in het Zoute 54 villa’s waarvan er 40 zijn bewaard gebleven. Langs de Zeedijk kreeg hij opdracht voor een twaalftal woningen.
In 1926 werd het Golfhotel aanzienlijk uitgebouwd naar de plannen van architect Raymond Heyneman uit Knokke (1887-1969). Er kwam een zijdelingse aanbouw met rondlopend hoekterras en er gebeurden enkele wijzigingen aan de gevel. Twee jaar later besliste Neirynck, ondertussen eigenaar geworden, om het hotel nogmaals uit te bouwen. Hij deed beroep op de gekende architecten Joseph Viérin (1872-1949) uit Brugge, bijgestaan door Antoine Dugardyn. Beiden waren bijzonder actief in het Zoute. Viérin stond onder meer in voor het ontwerp van het Dominikanenkerkje langs de Sparrendreef en ontwierp plannen voor enkele grote villa’s in zijn typische Vlaamse stijl met witte gevels, rieten daken en grote schouwpartijen. Enkele van zijn projecten zijn nu nog te zien langs de Zoutelaan en Camille Lemonnierlaan. Het lag in de bedoeling het hotel het hele jaar door open te houden. Daarvoor moesten centrale verwarming en dubbele beglazing worden voorzien.
Na WO II, in 1952, werd het hotel verkocht aan de Brusselse NV ‘Société Urbaine, Rurale et Forestière’ die beroep deed op architect Florimond Vervalcke (1890-1972) uit Knokke voor de herinrichting en aanpassing tot appartementsgebouw.
De achtergevel van het gebouw die zichtbaar is vanaf het Cottagepad, werd zwaar verbouwd. Het groot terras aan de straatzijde en noordelijke hoek, werd dichtbebouwd.
Het schrijnwerk met kleine ruithouten is grotendeels bewaard, wat ook ten goede komt aan het uitzicht van het gebouw.
Binnenin zijn er nog elementen bewaard, o.m. parketvloeren, binnendeuren met accolade-boogvormige beglazing, plafond met moer- en kinderbalken op consoles, bakstenen schouwen en betegeling van enkele badkamers.
De ‘Golfrésidence’ is nog steeds typerend in de straat tegenover de Fochlaan en het vroegere hotel ‘Sablon’ van de familie Rombout, eveneens een stukje kustarchitectuur van de bovenste plank. Het is één van de best bewaarde pareltjes van onze badstad op vlak van architectuur. Links stond het Tennishotel uit 1924, in november 1944 beschadigd en gesloopt).
Architectuur is heel belangrijk voor Knokke-Heist. Zonder de cottagestijl, gelukkig grotendeels bewaard gebleven, zou ‘Het Zoute’ geen karaktervolle badplaats zijn.
Het gebouw is geklasseerd sedert 15.12.2003, en... ‘gelukkig maar’.
Knocke s/Mer Golf Hôtel - Knocke a/zee Golf Hotel.
Côte d’Or, bon chocolat.
Mr Nisot - H. Castaing - Mr Van Goethem
1933 Diner de Noël 1933
Menu: Les Huîtres de Zélande - La Crème Elisabeth - Les Truites de la Lesse Belle-Meunière - Les Dindonneaux Farcis aux Truffes
Le Homard à la Norvégienne - Le Christmas Pudding - La Coupe Glacée - Le Golf Hôtel - Le Zoute
Le Zoute - Knocke sur Mer - Golf Hôtel
(menu): The Golf Hotel Le Zoute - Jubilee Dinner - 6th may 1935
La Crème Royale - Les Soles à la Belle Meunière - Le Turban de Ris de Veau Comtesse - Les Poulardes à la Broche - Les Glaces Britannia - Café.
Special Jubilee Champagne … Fr.
(menu): 1931 Christmas Dinner 1931 - Menu
Les Huîtres de Zélande - La Crême Comtesse - Les Truites de la Lesse Belle-Meunière - Les Dindonneaux Rotis - La Compote de Caloille - Le Parfait au Foie Gras - Le Christmas Pudding - Les Coupes Réveillon
Merry Christmas - The Golf Hotel