HEISTSE TOPPERS

Op bezoek bij LUC BEIRENS

Ooit startten wij een reeks over bijzondere inwoners van Knokke-Heist. We hadden onder meer reeds barones Jo Walgraeve, voorzitter van de Nationale Arbeidsraad en sterrenchef Bart Desmidt (restaurant Bartholomeus) op bezoek.

Recent hadden we een aangenaam gesprek met de heer Luc Beirens, hoofdcommissaris en diensthoofd van de Federal Computer Unit sinds 2001.

Hij woont nu met zijn vrouw en de twee kinderen in Grimbergen (en drinkt ook graag een Grimbergen) maar komt zeer geregeld nog op bezoek bij zijn ouders in Knokke-Heist André Beirens en Hilda Devlieghe.

Inleidend wil ik toch graag kwijt dat ik ook een speciale band heb met de familie want in de jaren zestig was ik werkzaam als jobstudent bij Hilda die toen badkarhoudster (baigneur) was op het strand te Heist.

Zodoende had ik alle kinderen (er waren er vier) en dus ook Luc vaak op mijn schoot.

Zat het in de genen ?

Het feit dat Luc carrière maakte bij de politie blijkt een vorm van predestinatie te zijn... of een familiale belasting. De grootvaders zowel langs moederskant als vaderskant waren ooit zomeragent. Vader André bracht het tot adjunct-politiecommissaris en moeder Hilda... die beredderde het gezin en de zaak als een ... gendarme !

Moeder Hilda Devlieghe

2018 11 29 115946André Beirens en Hilda Devlieghe met de vier kinderen op het Heistse strand

Moeder was de dochter van Triphon Devlieghe en Genoveva Pauwaert die zelf ook een stranduitbating hadden en waar Hilda de stiel leerde.

En zoals eerder vermeld was Triphon ook ooit drager van het politie-uniform.

Na haar huwelijk met André Beirens vestigde het jonge gezin zich in de Westkapellestraat (naast de hoek met de Onderwijsstraat) en werden er vier kinderen geboren: Michel, Annie, Luc en Tine.

Naast haar fulltime job als moeder had Hilda ook nog een stranduitbating (tot in 1975) en bracht het tot voorzitter van de groep badkarhouders. Hilda was ook 25 jaar bestuurslid van de Bond van Grote en Jonge Gezinnen (nu Gezinsbond) waarvan achterbuurman Juul De Vocht toen voorzitter was.

Het waren heerlijke tijden met een prachtig bestuur onder de goede leiding van Juul.

Naast de BGJG was Hilda ook actief bij de KAV (nu FEMMA) waar ze verantwoordelijk was voor de afdeling Jonge Vrouwen en ook het zwemmen op zich nam (eerst in De Speelman en later in La Réserve).

Hilda was ook de eerste voorzitster (oprichtster) van de eerste gidsenkring (later genaamd naar Toon Ghekiere).

Zij was ook een tijdlang voorzitter van Vrouw en Maatschappij waar ze de stem van de vrouw in de politiek liet horen.

Op een gegeven ogenblik hebben André en Hilda de keuze gemaakt om het drukke verenigingsleven vaarwel te zeggen en op reis te gaan of anders gezegd: de keuze om veel op reis te gaan liet hen niet meer toe zich 100% verder in te zetten voor het verenigingsleven.

2018 11 29 120011Vader André Beirens (links) als politieofficier met zijn secretaris

Ook André stamt uit een gezin waar de zomeractiviteit bestond uit werken als badkarhouder. Als schrijnwerker had hij in de zomermaanden dan ook wat tijd (en kennis van zaken) om elke morgen uit te zetten (de palen in het zand te kloppen om de zeilen op te hangen en de ligzetels die men pliants of transatlantiques noemde... uit de kabienen te halen en op het strand te plaatsen.

Na verloop van tijd koos André voor een carrière bij de politie (in 1961) en volgde daarvoor de politieschool in Brugge.

Hij bekwaamde zich in zijn nieuwe job bij zoverre dat hij het bracht tot politieofficier met de rang van adjunct-politiecommissaris.

Wegens gezondheidsredenen ging hij vervroegd op pensioen (1989) en geniet sindsdien met volle teugen van zijn gezin en zijn pensioen.

Ook André was actief in het verenigingsleven. Zo was hij onder meer sportverantwoordelijke bij de Bond van Grote en Jonge Gezinnen (specialisatie badminton).

De jeugdjaren in Heist

Net zoals bij de meeste kinderen verliepen de jeugdjaren van Luc in Heist zonder zorgen en zonder grote verhalen.

De kleuterklasjes werden doorlopen bij de Zusters Onbevlekt Ontvangen (onder andere bij zuster Scholastiek en de iets meer gevreesde zuster Delphine).

2018 11 29 120029Kleuterklasje bij zuster Scholastiek

 Later ging hij naar de jongensschool van de frères bij meester Ackaert in het eerste leerjaar, meesters Vansteenlandt, Lamote en Goethals en bij frère Michel die ook een zangkoor had.

In het eerste leerjaar liep Luc wellicht zijn eerste grote ontgoocheling op toen hij kandidaat was om in het zangkoor van frère Michel te zingen net als zoveel andere jongens bij de frères. Maar bij de tweede repetitie zei frère Michel laconiek tegen Luc: “Dag Luc, had ik niet gezegd de vorige keer dat jij niet meer moest komen ?”

De traantjes kwamen want de zo begeerde zangcarrière bleek plots ten einde.

Nu beseft Luc dat het bij nader inzien misschien wel best was ook - voornamelijk voor de onmiddellijke omgeving...

Maar geen nood er waren nog alternatieven om energie en creativiteit kwijt te kunnen. Goede speelkameraden waren onder andere Jacky Deblaere (zoon van de man van Ons Broodà en Eric Dumez (die later ook naar Grimbergen verhuisde en nu in dezelfde straat woont als Luc).

De kinderen konden ook spelen thuis in de tuin (maar dat was niet zo leuk en het toezicht van de ouders bleek te groot...).

Na een koppig aangehouden verzetsactie van Luc in de tuin kreeg hij “toestemming” om buiten te spelen waarna de verkenning van de wereld kon beginnen.

2018 11 29 120227Klasfoto derde middelbaar bij de frères met frère Victor

Nieuwe mogelijkheden waren er in het bosje van Heist waar er in de bunkers gespeeld werd, waar men kampen kon bouwen en allerhande kattenkwaad kon uitsteken.

Later werden de bunkers tot ontploffing gebracht of volledig onder het zand gestopt.

Het lager middelbaar volgde Luc net zoals alle andere Heistse jongens bij de frères onder andere bij frère Victor die hem trouwens nadien nog volgde in de cadettenschool.

Het strand

2018 11 29 120245De grote vakantie stond gelijk met spelen op het strand. Dé grote speeltuin voor de kinderen. Maar aangezien moeder Hilda stranduitbaatster was, bleef Luc ook altijd onder toezicht en kon hij ook de evolutie meemaken van het strandgebeuren.

Waar is de tijd dat de zwembroeken en badkostuums aan de draad op de hoge mast hingen te drogen? De zee die bij hoogtij nog tot aan de “staken ” kwam. Hoogtij was in die tijd nog echt HOOG TIJ. Bij hoog water kletste de zee op bepaalde plaatsen nog tegen de dijk en bij springtij moesten we soms de zeilen over de staken omhoog schuiven en de strandstoelen verplaatsen omdat de zee ze omspoelde.

Maar als de opkomende wind de donkere stormwolken vanuit Zeebrugge naar de badkarren dreef moesten we de stoelen en de zeilen snel onder het afdak aan de kabienen brengen. En als het begon te stortregenen dan lag ik bovenop de stoelen onder het afdak te kijken hoe de regen van het afdak drupte.

2018 11 29 120300Eerste prijs bloemenstoet einde seizoen

Maar het was niet altijd rozengeur en “zonne”schijn. Regelmatig hadden we ook het zand in de ogen en de haren, tussen de tanden en in al de kleren als het stoof.

En geen mens die op de strandstoelen wilde komen zitten die nochtans zo mooi afgeschermd opgesteld stonden tussen de paravents

Met de familie zijn we in mijn jeugd nooit op reis geweest naar het buitenland zoals vele vriendjes dat wel deden. Maar eerlijk gezegd: ik heb de mooiste jeugd gehad in de mooiste omgeving die een jonge knul maar kan wensen. Ik had met niemand willen ruilen!

De hogere studies en de start van de loopbaan

Na zijn lager middelbaar in Heist ging Luc één jaartje naar het Sint-Jozefslyceum te Knokke bij zuster Faes.

Een memorabel jaar want het was het eerste jaar dat het hoger middelbaar in Knokke gemengd was en daar wisten de leerlingen (vooral de jongens) maar ook de zusters geen raad mee.

Een volledig andere mentaliteit en dat had niet alleen met het geslacht te maken maar ook met de afkomst uit Heist. De zusters hadden er wellicht ook geen rekening mee gehouden dat puberende jongens soms opstandig kunnen zijn. Het gemengd onderwijs is er ook bruusk ingevoerd... niet leerjaar per leerjaar maar plots gans de school.

“Nooit hadden we meisjes in de klas gehad en plots zaten we er elke dag naast... En dat juist op een moment dat de puberale hormonen toesloegen. De kortdurende kalverliefdes en het bijhorende LDVD zorgden voor een bewogen jaar. Het jaar voordien zouden we nog een opmerking gekregen hebben als we een meisje buiten de lesuren zouden gesproken hebben!

Na één jaar schreef Luc zich in voor de cadettenschool in Lier. Het uniform van vader en van zijn broer Michel (die ook een militaire carrière uitbouwde) bepaalden wellicht mede de keuze.

2018 11 29 120330Tijdens zijn hoger middelbaar was Luc actief lid bij de jeugdclub “De Wullok” en nam er deel aan de sportactiviteiten, de zomervolksdansen en de carnavalactiviteiten. Na een succesvol parcours in de cadettenschool werd Luc ingeschreven in de Koninklijke Militaire school te Brussel waar hij koos voor de Rijkswacht. (Zijn broer Michel koos voor de luchtmacht en was jarenlang actief voor de NAVO).

Na de twee kandidatuurjaren aan de KMS werd de opleiding verder gezet met twee licentiejaren criminologie aan de universiteit te Gent en daarop volgden nog 15 maanden in de officierenschool van de Rijkswacht zelf.

“Het was een lange opleiding met vaak moeilijke momenten maar de karaktervorming en de probleemoplossende denkmethode die we toen meekregen zijn me tot op vandaag nog steeds van nut. ’’

 Informatica en recherchewerk

Tijdens de studies werd Luc geconfronteerd met de opkomst van de informatica eerst met de grote centrale computers en later met de eerste personal computers.

Het werd zijn dada en spoedig begon hij de programma’s te analyseren om er dan zelf te schrijven. Luc wilde weten hoe het werkte en hoe het in elkaar zat.

Eedaflegging als jonge officier2018 11 29 120342

“Toen ik zo één en ander aan het uitproberen was, kreeg ik op een bepaald moment zelfs administratorrechten op de centrale computer van de KMS. Ik had dus zonder het zelf te beseffen het systeem gehackt... dat was toen gelukkig nog niet strafbaar. ”

Met deze bijzondere belangstelling (en kennis) kon het moeilijk anders of Luc belandde bij de informatica-cel van de Rijkswacht. Acht jaar lang werkte hij aan de ontwikkeling van de toepassingen van de centrale gerechtelijke databank van de Rijkswacht.

Die toepassingen zijn momenteel nog steeds in gebruik! Tussen de soep en de patatten, maar vooral ’s avonds en tijdens het weekend verwierf Luc een licentie informatica aan de Vrije Universiteit Brussel.

Vanaf 1991 gaf Luc bijstand aan leden van de BOB om computers van verdachten te onderzoeken - vaak in fraudedossiers. Die bijstand nam echter steeds meer tijd in beslag en daarom werd Luc gevraagd om in 1995 een permanent team oprichten in het Centraal Bureau voor Opsporingen van de Rijkswacht: het BOGO-team (Bijstand en opsporingen in geautomatiseerde omgevingen).

2018 11 29 120356Vanaf de tweede helft van de jaren negentig met de opkomst van het Internet zien de rechercheurs dat dit medium onmiddellijk door de criminelen wordt gebruikt om met elkaar te gaan communiceren of om op zoek te gaan naar hun slachtoffers. Op die manier slagen ze erin om aan toezicht van de politiediensten te ontsnappen.

Het kwam er voor de politie dus op aan om nieuwe methodes te ontwikkelen om onderzoek te doen op internet en de criminelen toch te kunnen opsporen en te lokaliseren.

In die periode ontwikkelden we met verschillende Europese landen binnen een Interpol-werkgroep een handleiding die nadien door politiediensten over de hele wereld werd overgenomen. Het digitaal sporenonderzoek gebeurde toen vaak nog zeer ambachtelijk. Maar met onze initiatieven is dat in de loop van de jaren een stuk professioneler geworden.

In die periode had het kleine BOGO-team met zijn 7 personen zeer drukke tijden. Het reed het ganse land rond om alle Rijkswachteenheden bij te staan in hun gerechtelijke dossiers. Het meest memorabele dossier waarin het team opzienbarende resultaten boekte, was dat van de dioxinecrisis. De bevindingen van het team (bewijzen van fraude in boekhoudingen) waren bepalend voor manier waarop de regering de crisis aanpakte.

De politiehervorming en de cybercriminaliteit

Na de Dutroux affaire besliste de regering tot een reorganisatie van de politiediensten die van start ging in 2001. Luc postuleerde voor de functie van diensthoofd van de nieuw op te richten centrale dienst voor computeronderzoeken die de “Federal Computer Crime Unit” werd gedoopt. Vanaf dat ogenblik was hij verantwoordelijk om de Computer Crime Units zowel nationaal als regionaal uit te bouwen: personeel te rekruteren, van het nodige materiaal te voorzien en professioneel op te leiden in forensisch computeronderzoek. Inmiddels zijn er naast de Federal Computer Crime Unit ook 25 regionale Computer Crime Units met in totaal zo’n 230 personen.

 De uitbouw lijkt spectaculair maar als we zien hoe alle activiteiten van onze maatschappij zowel economisch, politiek en sociaal in het laatste decennium steeds vaker plaatsvinden in cyberspace, dan moeten we vaststellen dat het absoluut noodzakelijk is om nog veel meer informaticaspecialisten aan te nemen. Eigenlijk zou elke politieman of -vrouw een cyberopleiding moeten krijgen.

 Uitleg aan hare majesteit Koningin Paola

2018 11 29 120410Cyberspace is een plaats waar inmiddels veel geld circuleert. En waar geld is, daar zijn er ook criminelen. Die cybercriminelen ontplooien zeer uiteenlopende activiteiten gaande van internetoplichting, e-bankingfraude, kredietkaartfraude, verspreiding van kinderpornografie, enz. Deze vorm van criminaliteit kent geen grenzen en daarom werken de Computer Crime Units steeds vaker in internationaal verband.

Sinds 2000 spelen Europol en de Europese instellingen een steeds grotere rol in ons werk. Ik ben er dus regelmatig te vinden, zowel in Den Haag als in Brussel, om er mee een strategie voor cybercriminaliteitsbestrijding uit te werken of om er operationele samenwerkingsafspraken te maken.

 Achter de scherm en voor het scherm

Men zegt wel eens dat de opsporingsdiensten veel achter de schermen werken in alle stilte en discretie en dat is waar ook. Grote dossiers vergen vaak jarenlang opsporingswerk en het is pas als daders kunnen worden opgepakt of de buit kan worden gerecupereerd dat één en ander enige persaandacht krijgt. Gedurende het onderzoek mag men immers geen slapende honden wakker maken. Vaak wensen de slachtoffers ook helemaal niet dat hun “geval” in de pers komt. Zeker niet als ze als internationaal bedrijf slachtoffer zijn geworden van grensoverschrijdende cyberspionage of van afpersing.

Luc Beirens en zijn team worden geconfronteerd met “alle” grote dossiers cybercriminaliteit maar die zien vaak het daglicht niet.

Af en toe zien we Luc Beirens evenwel toch eens op het scherm naar aanleiding van nieuwe vormen van cybercriminaliteit, aanhoudingen of zaken die dank zij minutieuze en discrete voorbereiding toch opgelost geraken.

En dan komt iemand die achter de schermen werkt op het scherm en dan zeggen de fiere ouders wellicht in koor: Kijk “onze” Luc is op TV.

Blijven we jou op het scherm of achter het scherm zien in de toekomst?

Niemand weet wat de toekomst brengt, maar voorlopig zie ik me nog wel enkele jaren in dit domein verder werken. Met de snelle evolutie van de cybertechnologie denk ik dat er voldoende werkzekerheid is. Alleen hoop ik dat ik die evolutie zelf zal kunnen blijven volgen. Maar ondertussen heb ik een team van bekwame medewerkers rond me kunnen verzamelen en zij vormen de garantie op een verdere goede bestrijding van cybercriminaliteit. Als alternatief heb ik inmiddels ook een graduaat behaald als toeristische gids voor België. Na het spoor van mijn Pa gevolgd te hebben, zal ik dan misschien het spoor van mijn moeder volgen...

Omdat we in dit artikel niet alles kunnen vermelden printen we ook even het indrukwekkend Curriculum Vitae af van Heistenaar Luc Beirens.

2018 11 29 120436Organisatie: Federale Gerechtelijke Politie Directie economische en financiële criminaliteit Federal Computer Crime Unit
Adres: Notelaarstraat 211 - B1000 Brussel- België
Telefoon: +32 (02) 743 73 32
Fax: +32 (02)743 74 19
e-mail: Dit E-mail adres wordt beschermd tegen spambots. U moet JavaScript geactiveerd hebben om het te kunnen zien.
twitter: @LucBeirens
blog: LucBeirens.blogspot.com
Website:      www.polfed-fedpol.be

Hoofdcommissaris Luc Beirens is sinds 1991 betrokken in het forensisch onderzoek van computersystemen en in de bestrijding van computercriminaliteit. Hij is diensthoofd van de Federal Computer Crime Unit sinds 2001.

Naast zijn adviserende taak op beleidsmatig vlak en in operationele cybercrime onderzoeken, houdt hij zich thans voornamelijk bezig met de verdere uitbouw, de uitrusting en de opleiding van de Computer Crime Units (FCCU en RCCU).

Als lid van het Belgian NetWork Information Security (BelNIS), een federaal overlegplatform voor de informatieveiligheid, is hij adviseur voor de Belgische overheid en is hij betrokken bij het opstellen en uitwerken van het strategisch beleid voor de bescherming van de kritieke ICT infrastructuur.

Hij is sinds 1995 werkzaam in diverse internationale politiewerkgroepen zoals de European Working Party on Information Technology Crime (EWPITC) van Interpol en de EUROPOL cyber crime expert group.

Hij is blogger, auteur en co-auteur van verschillende documenten en artikels betreffende het forensisch ICT-onderzoek en het onderzoek in cyberspace.

Hij is lid, medeoprichter en voormalig voorzitter van de "European Union Cybercrime Task Force - EUCTF", waarin alle hoofden van de National High Tech Crime Units van de EU samen het EU-beleid helpen ontwikkelen om cybercriminaliteit op internationaal niveau te bestrijden.

Hij maakt deel uit van de EU-US workgroup on cyber security and cybercrime waarin EU en US politie- en overheidsdiensten in partnerschap met de private sector zoeken naar effectievere aanpak van cybercriminaliteit.

Hij geeft in deze domeinen les aan diverse opleidingsinstituten, hogescholen en universiteiten.

Voor zijn loopbaan als forensisch ICT onderzoeker was hij van 1988 tot 1995, eerst als analist, daarna als technisch projectmanager, betrokken in de ontwikkeling van het Politie Informatie Systeem (POLIS) op de centrale computer van de Rijkswacht.

Hij is master in de criminologie en in informatie-technologie en houder van een graduaat toeristische gids voor België.

Bibliografie

Als auteur

  • “Het Schengen Informatie Systeem, naar een Europees Politie Informatie Systeem?”, VUB, 1991
  • “Op zoek naar criminele bits. Digitaal Rechercheren”, Politeia, 1998, nr 8, p 9-12
  • “OverView of vital traffic data necessary for investigations - Expert statement”, European Working Party on Information Technology Crime, Interpol, 2001
  • “Het zicht van de internetspeurder op een wereld schreeuwend om meer blauw”, Custodes, june 2002, p 93-108
  • “De waarheid bitje bij bitje. Inleiding tot het forensisch onderzoek van ICT systemen", in deel II van het handboek “Multidisciplinair forensisch onderzoek”, Politeia samen met KULeuven, 2003, p 119 - 147
  • “Mijn hond heet Max, hoe heet de jouwe? - De strijd om uw identiteit in cyberspace”, in “Identiteitsfraude, misdrijf van de toekomst ?”, Politeia, 2005, p 65 - 91
  • “Conseils pour la protection des ordinateurs contre le vol”, Securité Privée, n° 27 - dec 2005,p 16-17
  • "De politie, uw virtuele vriend? Nadenken over een beleidsmatige aanpak van de criminaliteitsbestrijding in virtuele gemeenschappen in cyberspace", Orde van de Dag, Kluwer, maart 2010 p51-68
  • “Mijn hond heet Max, hoe heet de jouwe? - De strijd om uw identiteit in cyberspace”, herziene versie “What’s in a name? Identiteitsfraude en -diefstal”, Maklu, 2012, p 149-180
  • “Cybercriminaliteit”, The Intemal Auditor Compas, IIA Institute for Internal Auditors, n° 6 2012, p 48-52
  • “Cyberflikken in een nieuwe maatschappij” in De Nieuwe Politie, Steven De Smet, Luc Beirens e.a. Lannoo, 2012
  • “Ken de problemen van je slachtoffer: een overzicht van de actuele cyberdreigingen”, Het Politiejournaal, juni 2013, p 19-23

Als co-auteur

  • Interpol Computer Crime Manual Handbook on Standards and Procedures, Interpol, 1997
  • Rapport “Internet Misuse and elementary Internet Investigations”, Interpol, April 1998
  • Rapport “Internet Investigations - case studies”, Interpol, 2001
  • Rapport “Beveiliging van digitale informatie”, Royal Belgian Academy Council of Applied Science, 2007
  • “Police interventions with regard to cyberbullying: the Belgian case”, Ed. Heidi Vandebosch UA, Psicothema Volume 24, n°4 2012, p646-652

****************

Criminaliteit in Cyberspace

Donderdag 21 november om 20 uur in CC Scharpoord, Meerlaan 32 Knokke (Volksontwikkeling-Davidsfonds)

Een bijzonder interessante uiteenzetting door nationaal hoofdpolitiecommissaris én Heistenaar LUC BEIRENS die ons er op zal wijzen dat ook wij het doelwit kunnen worden van computercriminelen en hoe wij er ons kunnen tegen beschermen.

Op bezoek bij LUC BEIRENS

Ludo Sterkens

Heyst Leeft
2013
03
003-012
Ludo Sterkens
2023-06-19 14:48:19