Een politiek testament

Georges Parez 17 maart 1992

Dat Heyst Leeft regelmatig contact had met schepen Parez werd reeds eerder aangestipt. Een vijftal jaren terug schreef hij in krachtige termen de verzuchtingen die wij hierna weergeven.

Hij formuleert er een aantal voorstellen en wensen waaruit nogmaals zijn grote blijvende bekommernis blijkt voor Heist. Voor de toekomst spelen twee zaken in mijn hoofd : een zaak voor de gemeente en een zaak voor de bewoners van Heist.

Aan de gemeente vraag ik om spoedig over te gaan tot de aankoop van de weide gelegen tussen de achterkant van de broederschool en het pad naar de vuurtoren, dit zou beletten dat in de toekomst daar eventueel een containerpark zou aangelegd worden.

De stad zelf zou die weide moeten opschikken met de aanleg van een bosken en een vijver. Dit zou de inkom van Heist zoveel aantrekkelijker maken en na korte tijd zouden de boomkens het lawaai en het stof opvangen .

Dit is geen zware uitgave voor de stad.

Voor het onderhoud van bos en bomen zijn bij het Ministerie subsidies los te krijgen.

En aan de inwoners van de kom van Heist vraag ik :

Zorg dat tegen volgend seizoen uw gevel netjes is, uw voetpaden in goede staat en onderhoud zelf uw greppel.

En voor de afwerking van het geheel, breng minimum één bloembak aan uw gevel, op de vensterbank, op uw balkon, om het even.

Geen huis waar bloemen zouden mogen ontbreken II!

Hoe schoon zou dit niet zijn ???

Heist omgetoverd in een bloemenstad.

Wij, bewoners, zouden zelf van een mooi zicht genieten, en voor de toeristen is het iets enigs. Een bloemenstad aan de kust.

Moesten deze twee voorstellen kunnen uitgevoerd worden, dan zouden wij meer dan ooit kunnen uitroepen ‘Heyst leeft!!!’