Verslag -    Op Uitstap met de Kring naar Sint-Kwintens-Lennik

René De Keyser

Dit jaar heeft de Kulturele Kring “Andreas Masius” van St-Kwintens-Lennik vele wetenswaardigheden over de verering en de iconografie van Sint -Kwinten samengebracht in een zeer verzorgde brochure, samengesteld door C. Van Coillie en J. Vrancken, onder de titel : “Sint-Kwinten, de vroegere Volksheilige”.

De uitgave werd verzorgd door het Geschied- en Oudheidkundig Genootschap van Vlaams Brabant.

Deze studie was tezelfdertijd een uitstekende gids bij het bezoek aan de tentoonstelling, die onder het zelfde thema plaats vond in de dekanale kerk van St-Kwintens-Lennik. Onder de 25 kerken in België, die Sint-Kwinten als titelheilige hebben, vind men, zoals de meeste Leden van onze Kring bekend is, ook Oostkerke. Het is voor Oostkerke dan ook een eer geweest, een kleine bijdrage tot deze tentoonstelling te kunnen leveren, te weten: het houten gepolychromeerde St-Kwintensbeeld uit de 18e eeuw, de baljuwsroede versierd met een zilveren borstbeeldje van dezelfde heilige, en een ex-voto in bladzilver, voorstellende een paard, van de 19e eeuw. Deze voorwerpen werden door de onvermoeibare heer Van Coillie persoonlijk te Oostkerke afgehaald en er op de zelfde manier teruggebracht.

Het zal niet nodig zijn aan te stippen dat deze rijkgedokumenteerde uitgave, samen met de talrijke samengebrachte iconografische voorwerpen, van het eerste ogenblik af, onze grootste belangstelling heeft gewekt. Op 4 september hebben we, met niet minder dan 35 belangstellenden een bezoek gebracht aan deze tentoonstelling.

We werden in de kerk ontvangen door Z. E. H. Deken in persoon, die na een zeer gepast welkomswoord aan onze Kring, als aandenken, een keramieken reproduktie overhandigde van het oud schepenzegel van St-Kwintens-Lennik uit 1246 en dat de Heilige Kwintinus voorstelt. De heer Van Coillie liet ons daarna als inleiding in de sacristie een reeks dia’s zien over het leven van dezelfde heilige, volgens een 14e eeuws handschrift. Daarna bezochten we met dezelfde bevoegde gids de tentoonstelling zelf, in het koor van de kerk. Dan eerst konden wij ons rekenschap geven van deze schitterende verwezenlijking. Beelden, processievanen, schilderijen, reliekhouders, prentjes, bedevaartvaantjes, edelsmeedwerk, koperwerk, enz.. Uit alle hoeken van het land, werden er door de onvermoeibare inrichters bijeen gebracht. Dergelijke prestatie zou een nog grotere belangstelling zeker verdiend hebben.

Na een gezellig noenmaal in de gratis ter beschikking gestelde parochiezaal, zagen we in het naburige St-Maria-Lombeek, het wereldberoemde retabel met het leven van Onze Lieve Vrouw. En we verwijlden er enkele ogenblikken op de dorpskermis. Daarna reden we door het schilderachtige Pajottenland naar het kasteel van Gaasbeek, dat een grote rol speelde in de geschiedenis van de reeds bezochte dorpen. In drie woorden: Gaasbeek is schoon, zowel binnen als buiten.

Om de daad bij het woord te voegen: we gingen nog niet naar huis. Want door de koude regen reden we naar Zaventem. De broer van een onzer trouwe Leden, de heer G. Maene, toonde ons daar een der knapste verwezenlijkingen van onze moderne tijd: namelijk de laatste nieuwe Boeïng. Beleven we nog de tijd dat de Kring met zulk een vervoermiddel een uitstap inricht ?

0000000000000       000000000000       00000000000000