MEDEDELING - Iets over Notebomen
R. De Keyser
In onze eeuw zijn deze bomen reeds twee keer bijna allemaal verdwenen uit onze streek.
De Duitsers hebben gedurende de oorlog 14/18 al de notebomen van enige omvang aangeslagen en omgehakt om van het hout geweerkolven te maken. Ikzelf heb dat niet gezien, maar ik heb het altijd zo horen vertellen.
Gedurende de oorlog 40/45 zijn ongeveer al de notebomen, zowel grote als kleine, te kwiste gegaan tengevolge van de overstroming. Deze bomen zijn immers grote vijanden van vochtigheid.
Bij het opruimen van een oude noteboom, afgestorven tengevolge van de overstroming, op de Oude Molen te Oostkerke, toebehorende aan Baron van der EIst, vond ik diep in de stam geslagen, verschillende grote zeer verroeste ijzeren krammen. De reden daarvan was, dat men vroeger algemeen aannam dat men een notelaar veel vruchten kan doen dragen door in de stam ijzeren krammen te slaan. Gewoonlijk brengt een noteboom weinig vruchten voort zolang hij sterk groeit en een zekere ontwikkeling niet heeft bekomen. Door er krammen in te slaan, probeerde men de groei te remmen en dus de vruchtbaarheid te verhaasten. Het sapverlies langs de wonde in de stam veroorzaakt door de krammen, remde natuurlijk de groei; maar had ook voor gevolg dat, bij het vellen van zulk een boom, de stam waardeloos was in plaats van kostbaar meubelhout te zijn.
Een stuk notenhout met zulk een kram er in, zou wel passen in ons Heemkundig Museum.