De Hazegrasschorre en zijn eigenaars

Danny Lannoy

In de 13de eeuw was het Hazegras een schorrengebied op de westkant van het Zwin. Dit gebied was in feite het voorland van de Butspolder en de Hogepolder ten noorden van de Graaf Jansdijk of toenmalige ‘zeedijk’. De dijkengordel liep toen van Knokke-Dorp tot Reigersvliet.

Het oudste document waarin sprake is van “un poulre k’on apiele Haseghers” is een charter dat dateert van 1294. In andere geschriften noemt men het ‘Hazegheers’, ‘Hazegarze’, ‘Hazegat’. De betekenis is ‘hazeweide’! Hazegat wijst meer in de richting van Hazekreek.

Vanaf 1625 werd een deel van het gebied, door het opwerpen van de Paulusdijk, ingepolderd. Het kreeg de naam Oud-Hazegraspolder. Het voorliggend schorregebied met kreken en nog deels overstroomd bij vloed, werd pas in 1784 ingedijkt en werd Nieuw-Hazegraspolder genoemd. Het lijkt ons interessant om de voornaamste grondeigenaars van de Hazegrasschorre op te sommen tot aan het begin van de 19de eeuw.

In het begin van de 15de eeuw werden de schorren verpacht aan Tomas Van SCHONEVELD, (baljuw van het Brugse Vrije 1399-1404). In 1420 werd Pieter ENIN pachter van de Hazegrasschorre. Jan DE BAENST’, baljuw van Sluis, kreeg het Hazegras in ‘eeuwigdurende erfpacht mits een jaarlijkse rente’ van hertog Filips De Goede in 1428. In die tijd betekende dit een wettelijke grondafstand en stond gelijk met een verkoop van de gronden. De schorre werd na zijn overlijden beheerd door zijn zoon Meester Pauwels DE BAENST. Hij was doctor in de rechten, ridder, president van Vlaanderen en poorter te Brugge.

Willem, heer van CLAERHOUT, baron van Maldegem en poorter van Brugge was gehuwd met Margriet, dochter van Pieter DE BAENST en in tweede huwelijk met Johanna van HALEWIJN. Hij was in 1547 eigenaar. De weduwe huwde Joos VAN DER GRACHT, heer van Axele. De erfgenamen kregen vergunning de schorre in te dijken. In 1627 huwde Anna CLAERHOUT, dochter van Lamoraal Claerhout en achterkleindochter van Willem, met Markies van LISBURG. Het echtpaar bleef kinderloos. De zuster van Anna, Odila CLAERHOUT en gehuwd met Baltazar de ZUNIGA werden de erfgenamen.

Hun dochter Isabella en Fernando DE FONSECA erfden op hun beurt de bezittingen in 1636. De Fonseca was markies van Tarrazona en graaf van Ayala. De jaarlijkse rente werd regelmatig betaald aan de Graaf van Vlaanderen (koning van Spanje). Toch was er in 1639 discussie over de eigendommen met de fiscale raadgever van Vlaanderen. In 1641 werden de eigenaars buiten vervolging gesteld. Agnes de FONSECA Y ZUNIGA, dochter van Fernando en Isabella, huwde Juan Domingo de Haro Y Guzman, graaf van MONTEREY en waren in 1648 eigenaars. Ze stierf kinderloos (10 mei 1710).

In ditzelfde jaar 1710 eiste Philippe Emmanuel prins de CROY en Solre, een ver familielid van Claerhout, de nalatenschap op van de gravin Monterey. Na enige betwistingen werd de Oud Hazegraspolder overgedragen aan de Croy. De schorre "gemeen met de zee” werd verdeeld. Monterey kreeg 5/8 en de Croy 3/8. Deze laatste was leenheer van Agnes de Fonseca. Antonio Sotello, intendant van Monterey, behartigde de zaken van de Spaanse edellieden.

Onder hem stond een zekere Jan Baptist Vleys als ontvanger der goederen. In 1712 waren Charles JOETS, advocaat uit Brugge (1), Clemens van Assel en Geraert Meyers pachters van de schorre. Joets volgde in dit jaar Vleys op als ontvanger voor Monterey. De eigenaar in 1717 was Alexander Emmanuel de CROY, zoon van Philippe Emmanuel.

Opnieuw was er een discussie met de ontvanger der domeinen Jaspar Delcampo over de oppervlakte van de Hazegrasschorre.De eigendomsrechten van 1428 werden voorgelegd met de akte van Filips de Goede alsook het octrooi van Karel V uit 1547 aan Johanna Van Halewijn. De uitspraak werd in 1722 in het voordeel van de Croy uitgesproken. Charles Joets en Pieter Van OVERLOOP, bewaarder van de Munt in Brugge, kochten in 1716 de helft van de schorre van de erfgenamen Monterey. In 1755 was er sprake om de schorre in te polderen. Landmeter Laureins tekende een plan. Joets, Clemens Van Assel en Geraert Meyers waren nog steeds pachters van de Oud-Hazegraspolder (526 ha) en de schorre.

De eigenaars in 1764 waren de Hertog de CROY, de erfgenamen JOETS, VAN OVERLOOP en Charles WALWEIN (1/16). Emmanuel Francis de CROY, eigenaar sedert 1770, kreeg in 1782 vergunning om in te polderen. De eigendommen werden toen beheerd door baron Jacques PECKSTEEN. In 1783 werd opnieuw een plan uitgetekend, ditmaal door landmeter Donche. Philippe François LIPPENS stichtte in 1784 een vennootschap met handelaar Pieter DEBOCK uit Gent en Bruno D’HERT advocaat, om het Hazegras te beheren. Lippens kwam in contact met Albert de Gheldere te Brugge die gehuwd was met Anna, dochter van Charles Joets. Lippens kocht 9/16 van de gronden aan 9.000 ponden. (pond parisis = vlaamse munt).

Lippens pachtte 3 kavels van de Croy voor 10 jaar vanaf 18 oktober 1784. De schorre werd tenslotte ingedijkt tot Nieuw-Hazegraspolder.

1794 Franse periode: de goederen van de uitwijkende adel werden geconfisqueerd door de Republiek. De gronden van de Croy werden geschonken aan het ‘Legion d’Honneur’ die op haar beurt 3 kavels publiek verkocht. (2)

De eigenaars in 1811 waren:

Philippe-François LIPPENS, Gent 288 gemet
Philippe-Jacques PECKSTEEN-Dhooge, Brugge, 89 gemet.
Charles RABAUT, Brugge, 3 gemet
Families BELPAIRE en DE CLERCK, Oostende, 82 gemet.
Eugène PIERS de RAVESCHOOT, Gent, 201 gemet
J VLAMINCK, Vijvekapelle, 14 gemet...
Het Gouvernement, het Hazegrasfort, 22 gemet
De Generaliteit van de eigenaars: 5 gemet. . .. (buitendijks gebied)
Jacques RABAUT, Brugge, 6 gemet
Philippe VAN LOOCKE, Westkapelle, 6 gemet...
Augustinus WIELANT, Westkerke, 7 gemet...
Openbare Onderstand van Westkerke, 10 gemet..

(1) Charles Joets huwde Sophie Borre, dochter van Pieter Borre, die in 1858 meer dan de helft van de Oud-Hazegraspolder zou aankopen van de erfgenamen de Croy. 

(2) de erfgenamen de Croy kregen in 1817 van de Koning der Nederlanden enkele percelen grond terug in de Oud-Hazegraspolder Een hoeve (J. Van Hollebeke,) met 4 ha grond en 8 ha gras-en akkerland. Pecksteen liet in 1820 bij akte zijn gronden, zijnde 105 ha, over aan August de Croy.

Een interessant document met betrekking tot de Hazegrasschorre uit 1547 komt uit de archieven van de Préfecture du Nord. (Section Historique NO 811). Het uittreksel werd overgeschreven op 22 maart 1905 en was dienstig bij het proces van de Hazegraspolder tegen de Belgische Staat.

“Octroy fait à la damoiselle d’Axelles de povoudicquier(1) certain schorre appelle ’t Hazeghers séant hors(2) et près de la ville de Sluys, en payant pardessus XXV libvres de rente qu’elle a parchidevant et achienement payé, demy gros d’antant de messure de terre qu’elle dicquera, et par les héritiers de Joris Teerlincx à l’avenant(3) de leur coote(4) et portion II sols, III deniers de chacune mesure”.

Kaerle, etc. Allen den ghenen die desen onsen jeghenwoordegen sullen zien, saluyt.—

Wij hebben ontfanghen die otmoedighe supplicatie (5) van jongvrouwe Jehanne van Halewin, weduwe van wijlen joncheere Joos vander Gracht in zijnen leven heere van Axelle, in houdenden hoe dat hier suppliante ten tijt van eenen ervelicken cheynse arrentemente (6) ende eewighe rente van vierentwintich ponden parisijsen tsiaers die zij jairlicx betaelt onsen prouffite(7) in handen van onsen ontfangher vander Sluys toebehoort zeker schorre genaempt

’t Hazeghers geleghen bij onser voirschreven stede vader Sluys ende ande noortzijde vader stede vander Mude streckende lancx den watere vander zee tot bij Sinte Cathelijnen ten knocke, wairof zou suppliante ende hair voirsaten zijn in goede paisible possessie vanden ghebruycke mits den voirnoemd jaerlixen prestacie over viertich tsestich hondert jairen, ende zoe langen tijt dat gheen memorie en es ter contrarie welck schorre zij wel begheeren sonde te bedycken ende bringen tot goede zekeren vasten lande ende culture tot vermeerderinghe van onser demeynen ende lande van Vlaendren, ende ghemeynen oirbore prouffit (8) ende welnairen vanden ingesetenen aldair; hebbende bewillicht ende geinduceert (9) de weduwe ende erfghenamen van wijlen Jooris Terlyncx die in ’t voirschreven schorre groot wesende vierhondert acht ende twintich gemeten een lynye tsetich roeden ende afgeslagen die oude dycken, ghuelen beke ende barms (10), groot vierhondert elfghemeten twintich roeden, ligghende hebben hondert acht ende viertich gemeten die haere voirsaten langhe voir ’t voirschreven arrentement toe behoirt hebben, dat zij uyt zaken vandien betalen sullen voir de voirschreven hondert achtentwintich ghemeten, eenen grooten van elck gemet in de plaetse dat zou suppliante voir haer deel maer betalen en zonde dan eenen halven grooten van ’t gemet, overmits den voirschreven erffelycken chijns ende hoe wel dat de voirschreven dickaige (11) gemaect zoude wordden tot hueren groote excessyven (12) coste peryckele (13) ende dangier, nochtans en sonde zou suppliante sulcx nyet willen noch durfven bestaen te doene—

Verklaringen:

  1. Povoudicquier / toestemming tot indijking 
  2. Séant hors / zich bevindend buiten... 
  3. L’avenant / overeenkomstig, evenredig 
  4. coote / belastingsaanslag 
  5. Supplicatie / verzoek - suppliante / zij die verzoekt 
  6. Ervelicken cheynse arrentemente / erfelijke cijns met eeuwige rente 
  7. Onsen Prouffite / in ons voordeel 
  8. oirbore prouffit / nuttig, billijk voordeel 
  9. geinduceert / geleid, gebracht 
  10. barms / bermen 
  11. dickaige / bedijking 
  12. excessyven coste / buitensporige, bovenmatige kost 
  13. peryckele ende dangier / risico en gevaar

Zonder alvoeren daer op ’t hebbende onse behoirlicke lettren van consente (14) huer autoriserende (15) dair toe te moghen kyesen stellen ende committeren (16) dyckgrave schout scepenen, ontfanghere ende andere officiers dienende tot beleedene ende vulcominighe (17) vander selver dycage endejaerlycx onderhouden van diere (18), zodat behouwen (19) ende van noede wesen (20) zal met autorisacie ende macht in gelycken gecostumeert (21) ende geuseert, ottroyende (22) voirts dat ingevalle naer ’t bedycken vande voirschreven schorre tselve landt inundeerde dat zou suppliante ofhuere nacommers ende cause hebbende (23) dat wederomme sullen mogen bedycke,, int gheheele ofin partyne(24) ( )

Verklaringen:

  • 14           lettren van consente / brieven met toestemming
  • 15           autoriserende / toelatend
  • 16           committeren / bijeenroepen of samenbrengen per volmacht
  • 17           beleedene ende vulcominighe / beleid en volkomenheid
  • 18           diere / van deze
  • 19           behouwen / behouden
  • 20           noede wesen / nodig zal zijn
  • 21           gecostumeert ende geuseert / zeden en gewoonten, gewoonterecht
  • 22           ottroyende / vergunnend, toekennend
  • 23           cause hebbende / reden, aanleiding
  • 24           partyne / gedeltelijk

In 1716 werd in aanwezigheid van de schepenen van het Vrije de verkoop geregeld van de gronden van de graaf van Monterey aan Charles Joets en Pieter Van Overloop.

“Wij Jan Baptiste Van Blootacker ende Thomas Maximiliaen Neyts schepenen ’s lands van den vrijen doen te weten dat voor ons als voor Schepenen is ghecommen ende ghecompareert (1) in persoons Jan Baptiste de Grieck als maghtig over don Antonio Sotello, Brigadier van sijne conincklicke Majesteyts armée van Spaignen ende als gheautoriseert van weghen syne excellentie den heere grave van Monterey volghens den procuratie onder syn handteeken van date dertigsten december zeventien hondert vijfthien onderteeckent Antonio Sotello ten passeren deser ghesien ende (....) den inhouden hier naer volgt: ... ( Franse tekst )

.... met welcke procuratie de naerschreven (2) acceptanten alhier verclaeren content te wesen den welcken comparant uyt craghte (3) als vooren gaf halm ende wettelicke ghyfte soo hij doet bij desen aen ende tot proffyte van d’ heer ende meestere Jan Charles Joets ende d’ heere Pieter van Overloope int passeren deser synde present en de accepteert over hun elkc tot d’ helft, naer dat sy acceptanten alvooren int passeren deser hadden verclaert onder eedt van de naerschreven landen niet te sullen brengen of te laten commen in eenige handen van kercken, disschen (4) ofte andere collegien, godshuysen, hospitalen, gilden ofte andere lieden van dooderhant, directelijk nochte ondirectelyck ingevolge den placcaete (5) van syne Majesteyt daerop gemaekt ende ghemaneert, van de vijf deelen van achte van alle de schorre landen met de zee gemeene ligghende in het haesegars binnen de prochie van Sinte Catherine gheseyt Cnocke ligghende tusschen eenen creke genaemt “den vliet van reygarsvliet” van de oostsijde de Kercke van Cnocke aen de westsyde streckende van daer aen de suytsyde jeghens den dyck van het fort van St. Isabelle ende langst de reviere van St. Pauwels ende van daer langst de voornoomde Kercke gaende van de voornoomde vliet tot aen de Kercke van Cnocke ende soo aen de acceptanten voorder kennelick is, daerin den voornoomden heere grave van Monterey ghericht is als weduwnaere van de vrouw gravinne syne gheselnede (6) soo by den voornoemde procuratie voort gheseyt, geschiedene dese verghijftijnghe (7) ten tytel van coope voor ende omme de somme van elfhondert acht en veertigh ponden grooten courrant ghelt de schillijnghen tot verthien grooten het stuck, ontvuyttende by dien den comparant vuyt craeghte als vooren den heere grave van de voorseyde vijfdeelen van acghte van de ghemelde schorre landen goedende daerin ende erfvende de acceptanten als voorseyt, Belovende de voornaamde comparant over synen mandant aen ende tot proffytte van den voornoomde heeren acceptanten hunnen hoirs (8) ende naercommers (9) de voornoomde schorrelanden met alles daerop is staende ende mede gaende inder manieren (10) voorseyt te wetten te waeren ende te garranderen jeghens elcken mensche, Behoudens wel verstaende nochtans dat de voornoomde schorrelanden als oock de ghebruyckers ende ontblaeders van diere (11) Tailliable (12) syn ende blijven sullen in alle lasten soo van pointynghe (13), settinghem vuytsenden als andersints ghelyck alle andere landen ten lande van den vrijen binnen de voornoomde prochie gheleghe schuldigh syn ende ghewoone van doene, In kennisse der waerheyd hebben wij schepenen voornoomt dese teghewoordighe letteren ghedaen zeghelen met onse respective schepenen zegelen hier onder vuyt hangende in dobbelen steerte van parchemijne (14) ende teeckenen by den greffier van de notarie van den lande van den vrijen voornoomt, Aldus ghedaen ende ghepasseert binnen de stadt Brugge ... (....)

 

Verklaringen:

  1. ghecompareert / is verschenen 
  2. naerschreven / onderschreven 
  3. uytcraghte / krachtens 
  4. disschen / armendis, openbare onderstand 
  5. placcaete / open brief uitgaande van de overheid, verordening 
  6. gheselnede / gezellin 
  7. verghijftijnghe / gift, overdragen, overdracht 
  8. hoirs / kinderen 
  9. naarkomers / nakomelingen 
  10. in der manieren / volgens 
  11. diere / van deze 
  12. tailliable syn / belastingsplichtig - taille /directe belasting in Frankrijk tot in 1789 voor de burgers (niet adelijken) 3de stand. 
  13. pointynghe / noteren, controleren, opmaken 
  14. parchemyne / perkament, voor een document

Bibliografie:
M.Coornaert, Knokke en het Zwin, Lannoo, Tielt, 1974.
Kaart Archief Compagnie Het Zoute, Situation des Schorres Hazegras en 1714.
Brieven 1547-1716, Archief Compagnie Het Zoute.

2014-12-03 1109042014-12-03 110933

Kopie van een plan uit 1714 ( Frans Van Loocke / J. Lootijn berustend in de archieven van de dienst Financiën te Brussel en hertekend in 1872.

De Hazegrasschorre en zijn eigenaars

Danny Lannoy

Cnocke is Hier
2009
46a
019-025
Line Serranne
2023-06-19 14:44:32