Mededelingen
1. De visserij langs Vlaanderens kust in oude prentkaarten

Maurits Coornaert
(Johan Ballegeer en Jean-Pierre Braems)

Ons medelid J.P. Braems bezit een ongelooflijke verzameling prentkaarten, die vooral het einde van de 19de eeuw en het begin van de 20ste eeuw bestrijken. De honderden foto's weerspiegelen allerlei aspecten van de bewuste periode. Daaronder zijn er die gebouwen en straten in de polderdorpen van de Zwinstreek voorstellen, en dus kunnen meehelpen bij de reconstructie van het vroeger uitzicht van onze woonplaatsen. De verzameling bevat ook talrijke afbeeldingen van vissersboten en visserstypen uit de bedoelde decennia. We krijgen zelfs een beeld van de toenmalige bedrijvigheid in de Vlaamse vissershavens.

J. Ballegeer heeft de taak op zich genomen om uit deze verza­meling 116 kaarten te kiezen en te commentariëren. Deze documenten bezitten een grote historische waarde. Ze dateren uit de pe­riode, waarin de fotografie als communicatiemiddel begon veld te winnen. De fotografen van die tijd hebben zich waarlijk beijverd om hun milieu van alle oogpunten uit te belichten en op de gevoelige plaat vast te leggen. Dank zij hun activiteit zien we nu situaties en gebeurtenissen die we ons anders zeer moeilijk zouden kunnen voorstellen.

Schrijver verklaart in zijn inleiding wel dat hij geen wetenschappelijke studie over "de Vlaamse visserij rond de eeuwwisseling" beoogt, toch weet hij zijn onderwerp op een geschikte manier in hoofdstukken te verdelen. Ook merken we dat hij bij enkele kenners van de Vlaamse vissersschepen te rade is gegaan. Het is echter spijtig dat zo weinig foto’s gedateerd worden. Een jaartal vormt voor de lezer een steun om het voorgestelde beeld in zijn milieu te situeren.

Dat schrijver zo goed in de visserswereld thuis is, mag ons niet meer verwonderen. Hij heeft namelijk een zeker percentage vissersbloed in de aderen. Daarbij komt nog dat hij uit zijn eigen ervaring put. Hij weet hoe men vis reinigt, bereidt en verkoopt.

Geen wonder dat hij, in hoofdstuk VI, met zulk gemak de taferelen op de vismarkten en langs de straten kan bespreken. Tevens merken we dat hij uit de talrijke prentkaarten, die de Vlaamse visserij aanbelangen, typische figuren van zeevissers, visventers en visleurders gekozen heeft.

Al wie enige belangstelling voor de Vlaamse visserij vertoont, zal met genoegen de 116 oude foto’s bekijken. Verscheidene leden van onze Kring en wijzelf zullen wel meer aandacht besteden aan de beelden, die het vissersbedrijf op de Oostkust voorstellen. J. Ballegeer maant ons echter aan om voorzichtig te zijn bij het lokaliseren van sommige afbeeldingen. Omwille van de toeristische "business" schrokken enkele toenmalige fotografen er niet voor terug om één of ander tafereel in een andere kustplaats te situeren.

Onze persoonlijke interesse gaat uiteraard naar de vissersgemeente Heist. Aangezien ons boek "Heist en de Eiesluis" pas einde 1976 verschenen was, kon J. Ballegeer niet meer naar onze studie over de Vlaamse visserij verwijzen. We richten hier onze aandacht naar de foto’s, waarop schrijver het Heistse vissersbedrijf omstreeks 1900 laat zien. De nummers 3 tot 6 geven een beeld van het type vissersboot, dat de Heistse schuit heette. Tegelijk bewijst nr 3 dat de bebouwing van de zeedijk te Heist, in het begin van de 20e eeuw, tot even voorbij het "Grand Hotel des Bains" reikte. In die periode lagen de visschuiten op het oostelijk strand. Heist poogde toen van de Staat een schuilhaven te verkrijgen. Deze zou tussen Heist en Duinbergen gebouwd worden (zie Heist en Eiesluis, p 288).

In onze studie wijden we een paar paragrafen aan de strandvisserij (p. 80; 84; 112-115; 186; 191-192; 203-211). Daarom verheugt het ons dat J. B. in hoofdstuk VII de strandvissers voorstelt. Het lijdt geen twijfel dat, op de meeste Vlaamse stranden, tot in de 20ste eeuw het "kruwen" beoefend werd. Op de foto's zien we strand­vissers te voet en te paard, en het visgerief van de kruiers. Prentkaart 62, "Heyst s/Mer, Retour de la Pêche", toont ons een strandvisser te paard, en een visser die met kar en paard de vangst weghaalt. Ook hier moeten we de vraag stellen: op welk strand werd die foto feitelijk genomen?

Verder zijn er nog beelden, die door de fotografen te Blankenberge, Heist of Knokke gesitueerd worden. Bv. nr 63, "Knocke-sur-mer, Retour de la Pêche de crevettes". De prentkaart toont echter visschuiten met de kenletter H op hun zeil! We vermelden nog nr III, "Heyst-sur-mer, Chaloupes de pêche, ânes de Louage". Hier staat de Ezelbalie op het strand, gericht naar oost. Wijzelf tonen op illustratie nr 15 de Ezelbalie, die dwars op het strand stond. We kunnen moeilijk oordelen, omdat de prentkaart nr III niet gedateerd is, maar wij vermoeden dat deze laatste de oudere situatie weergeeft, nl. toen de ezelverhuurders nog recht voor de badplaats opgesteld waren.

Hoofdstuk VII behandelt de visverkoop. Op de nummers 92 tot 97 komen de vismijnen van Oostende, Blankenberge en Zeebrugge voor. Nr 98 toont "Heyst S/M, Le marché aux poissons", samen met de herberg "In de Noordpool". In Heist en de Eiesluis, p 290, vermelden we de vismarkt die in 1901 langs de Garnaalstraat zou gebouwd wor­den. Hier doen we een beroep op de kennis en het oordeel van de oudere Heistenaars. Waar stonden de bedoelde twee gebouwen? Wanneer zijn ze verdwenen?

Mededelingen - 1. De visserij langs Vlaanderens kust in oude prentkaarten

Maurits Coornaert

Rond de poldertorens
1977
01
039-041
Ludo Sterkens
2023-06-19 14:40:26