Maatschappij van Onderlinge Bijstand Sint Lenaard te Dudzele

Pol Danneels

Deze voorloper van de huidige ziekenbond werd gesticht door notaris Emile Ketele en hoofdonderwijzer Ferdinand Deleu in het jaar 1874 en goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 7 mei 1875.

Als eerste voorzitter fungeerde Emile Ketele en wel van 1875 tot 1885. Hij werd opgevolgd door Pieter Hoemaker bijgenaamd Pier Van Martha’s van het Gasthof Sint-Joris. Hij was voorzitter van 1885 tot 1925.

Ferdinand Deleu werd de eerste griffier vanaf 1875 tot 1885. Hij werd opgevolgd door Hendrik Scherpereel.

Gedurende achttien jaar vervulde hij deze taak als schrijver. Hij was tevens onderwijzer en koster en vanaf 1903 gemeentesecretaris.

Als derde schrijver was schoolmeester Pieter Mahieu de man die de pen zou hanteren van 1903 tot februari 1911. Vanaf dat laatstgenoemde jaar wordt er van Brugge uit druk uitgeoefend om aan te sluiten bij de “Herverkiezingskas van de Bond der Ziekengilden”. Toch zou het nog tot 1925 aanslepen vooraleer men bij de “Bond der Ziekengilden” zou aansluiten. Er waren toen reeds een dertigtal leden die rechtstreeks hun lidgeld bij de nieuwe kas stortten.

Met welk doel werd de Maatschappij opgericht? Het doel van de oprichters zal ongetwijfeld geweest zijn om aan de zieken die zich hadden laten inschrijven een dagelijkse vergoeding uit te keren. Maar om een vergoeding aan de zieken te kunnen geven, moesten er ook inkomsten zijn. In de documentatie van 1877 is een naamlijst aanwezig met de personen die in dat jaar als ereleden ingeschreven staan en daarvoor de som van 5 fr. betaalden. Men kon natuurlijk ook meer dan 5 fr. neertellen. Er waren in 1877 achtentwintig ereleden. Ook de gewone leden moesten een kleine bijdrage betalen van 1 fr. per maand.

In 1878 kregen de leden die ziek werden voor de eerste maand ziekte 1,50fr. per dag. Voor de tweede maand werd in dat jaar 1878 het bedrag van de tegemoetkoming van 0,75 centiem op 1 fr. gebracht. De gewone leden moesten maandelijks op de eerste zondagvoormiddag hun lidgeld betalen bij koster Hendrik Scherpereel, of wekelijks hun vergoeding afhalen tussen de vroeg- en hoogmis.

Er waren ruim honderdvijftig Dudzeelse leden en een veertigtal uit Lissewege ingeschreven. Daar er door de welstellende inwoners uit Lissewege niet werd ingegaan op de vraag om erelid te worden en het bedrag van 5 fr. te storten, besloot het bestuur de statuten te wijzigen, zodat er geen nieuwe leden uit Lissewege nog zouden aangenomen worden. De statuten werden gewijzigd in de algemene vergadering van 2 april 1882 en goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 23 september 1884.

De ca. veertig leden uit Lissewege die lid waren zouden dat blijven.

In de algemene vergadering van 2 februari 1880 werd een nieuw bestuur verkozen.

  • Als voorzitter bekomt Emiel Ketele 131 stemmen
  • Ondervoorzitter Pieter Hoemaecker 127 stemmen
  • Als zorgers:
    • Jan Huys 126 stemmen
    • Philip Huys 124 stemmen
    • Frans Waegenaere 120 stemmen
    • Lodewijk Mouton 109 stemmen
    • Jacob Hoemaecker 106 stemmen

Tweemaal per jaar was er een algemene vergadering waarop alle leden moesten aanwezig zijn.

Ook was er jaarlijks een mis voor de afgestorven, ere- en wezenlijke leden, die door allen moest bijgewoond worden. Afwezig zijn zonder geldige reden werd beboet. In deze jaarmis werd een bidprentje uitgereikt met de namen van de overleden ere- en wezenlijke leden. Het museum “De Groene Tente” te Dudzele bezit acht ingelijste prentjes.

Het bestuur van de “Onderlinge Bijstand Sint Lenaard” vergaderde maandelijks op de eerste zondag tussen drie en vijf bij een ere-of wezenlijk lid, dat herbergier was.

Hier volgen enkele ereleden-herbergiers.

  • Op 8 oktober 1876 ter herberg van Constant Latruwe, klokkenluider en stoeldraaier: “in de Klokke”.
  • Op 5 november bij Edward Raes, koopman en kerkzanger: “In Vlaenderland”.
  • Op 8 juli 1877 bij Lodewijk De Witte, schoenmaker: “In de Witte Leerze”.
  • Op 9 november 1877 bij Jacobus Hoemaecker : in het “Hof van Commercie”.
  • Op 8 december 1877 bad de algemene vergadering plaats bij Frans Maenhoudt : in “De Drie Zwanen”.
  • Op 27 januari 1878 had de bestuursvergadering plaats in “Gasthof Sint Joris” bij de weduwe van Philip Raes, Martha Fockedey.

En zo gaat de werking gewoon door tot dat in 1885 voorzitter Emile Ketele ontslag neemt en opgevolgd wordt door Pieter Hoemaecker van “Gasthof Sint-Joris”.

Griffier Ferdinand Deleu nam ontslag en zijn opvolger wordt onderwijzer en koster Hendrik Scherpereel. En zoals voorheen reeds wordt ervan 1911 af druk uitgeoefend om aan te sluiten bij de “Bond der Ziekengilden” te Brugge. Dat gebeurde pas in 1925.

Maatschappij van Onderlinge Bijstand Sint-Lenaard te Dudzele

Pol Danneels

Rond de poldertorens
1993
02
031-032
Mado Pauwels
2023-06-19 14:39:17