19e eeuw 19e eeuw 19e eeuw 19e eeuw 19e eeuw 19e eeuw 19e eeuw 19e eeuw

80 jaar geleden in onze weekbladen

Danny Lannoy

Naar een gelijknamig radioprogramma kunnen we de zeer interessante rubriek, namelijk uittreksels uit het dagbladnieuws van het eind der vorige eeuw weergeven. Hetgeen we genoteerd hebben, heeft niet alleen betrekking met Knokke, maar ook met het hinterland.

Uit het Burgerwelzijn van zaterdag 29 november 1890 halen we volgende gegevens: Het jaargeld voor de krant, verschijnende drie maal in de week bedroeg 8.00 fr. De uitgever was J. Fockenier & Zoon, Philipstockstraat, nr 4, Brugge.

Bij de berichten van Brugge bemerken we:

– ”Willemsfonds. – Heden avond, om 8,30 ure stipt, gewone wekelijksche vergadering, in het lokaal Cafe du Nord, (ingang Krane rei). Dagorde: 1° muziek en zang; 2° evangelie van den dag; 3° voordracht, de Staatsinstelling in Holland, door advokaat Alb. Thooris; 4° muziek en zang; 5° mededeelingen.”

– "Dezen nacht, rond 1 ure, is in Wijngaardstraat brand uitgebroken in een oud huizeken behoorende aan d'heer Frans Vermeersch, glazenma­ker wonende in die straat, en hetwelk diende tot glasmagazijn. Men kent de oorzaak er niet van. De brand is het eerst aangekondigd geweest naar het policie bureel der 2e divisie. De waker op den Halletoren heeft de Klok geklept. (l). De policie, troepen van het garni­zoen en de overheden hebben ter plaats geweest. De pompiers, spoedig toegesneld, konden maar moeilijk werken, daar de felle vorst de waters al dien kant bijna toegesloten had. Het huizeken is gedeeltelijk vernield, alsook veel glas. Alles verzekerd."

– "Prijskampen voor trekhengsten van belgisch ras:

Premiën voor de hengsten van drij jaar oud of die dezen ouderdom in de lente van toekomende jaar zullen bereiken: 1e premie van 450 fr. met zilveren medaille aan M. Jan Van Besien, van Zuyenkerke, met zijn­en hengst Rubens II; 2e premie van 350 fr. met bronzen medaille, aan Leopold Nachtegaele van Westcapelle met "Brillant".

Premiën voor hengsten van tenminsten 4 jaar oud: le premie van 600 fr. met zilveren medaille aan Nachtegaele vernoemd, met "Azor"; 2e premie aan Jacob Van Damme, van Lapscheure, met "Michal".

De Provinciale bewaringspremiën van 800 fr. ging naar Lod. Callant van Westcapelle en Nachtegaele.

Bij de Trekmeriën vinden we namen als Wed. Joseph Van de Ryse van Damme, Costant Van Oudenaerde uit Uytkerke, Karel Van Clooster uit Houttave en Piter Quataert uit Houcke. Enz...

Op de eerste pagina van het Burgerwelzijn staat het beknopt arti­kel: nieuwe wederlandsche kaseiweg door Hazegras (Knocke) en Cadzant.

Nieuwe wederlandsche kaiseiweg door Hazegras (Knocke) en Cadzant

Nooit hebben wij kunnen veronderstellen dat de uitvoering eener kleine keiweg van 1370 meters op belgischen grond, die er zoo hoog­dringend noodig is, zoovele moeilijkheden en ongepaste tegenstrevingen zou ontmoet hebben, want als er zich wel ooit een klein eindje kalsijde opdringt, dan is het ontegensprekelijk dit, ten eerste, het dient tot verbinding van alle de wegen in Zeeland welkers kalsijding door al de bevoegde overheden van Cadzant besloten is, en dit op de vraag der gemeenteraden van Brugge, Knocke en Westcapelle, met een doel van internationaal welzijn en bijzonderlijk ten einde den han­del en de nijverheid der beide grenszijden te bevoordeeligen, werk, waaruit België het grootste voordeel zal trekken, gezien de voortbrengselen van deze zijde der Schelde in Zeeland, noodzakelijk voor Vlaanderen bestemd zijn.

Deze nieuwe gekalsijde gemeenschapsweg naar Hazegras zal leven en beweging doen ontstaan op de Hollandsch-Belgische grens, en eene ver­latene en tot nu toe ongekende streek, onbruikhaar in de regensei­zoenen door hare slechte aardewegen.

Een aanhoudend vervoer moet er noodzakelijk ontstaan, vooral door de bewoners van het noord-oosten des lands van Cadzant, die in eenige minuten, langs den nieuwen weg op Belgisch grondgebied zullen zijn, terwijl zij thans meer dan een uur omweg moeten maken om langs de Sluische kalsijdeweg naar Westcapelle en Brugge te komen; zelfs de reizigers van Breskens in bestemming voor Brugge, zullen door die nieuwe kalsijde twee kilometers weg winnen, dit is officieelijk erkend; het is den landbouw vooral die er voordeel zal bij vinden en de aanpalende akkerlanden zullen beter verpacht worden en meer in weerde winnen. Indien thans zekere landen, zelfs in openbare verpacht of veilingen aan lage of middelmatige prijzen verkocht of verpacht worden, 't is wel omdat dezelfde binst een groot deel des jaars on­toegankelijk zijn; er volgt uit dat er weinig liefhebbers zijn. Het is zeer waarschijnelijk en verstaanbaar, dat daardoor onder hen eene samenspanning zeer gemakkelijk is om de landen aan lagen prijs te hebben, 't zij bij aankoop of verpachting en het zou niet vreemds zijn, in zulkdanigen staat van zaken slimme pachters te vinden die dezelfde landen onderhands zouden voort verpachten aan prijzen vier en vijfmaal boven hunnen pacht!!!

Indien men den aardeweg van 1370 meters deed kalsijden, alle die mogelijke misbruiken zouden als bij tooverslag verdwijnen, de naij­ver zou in deze streken ingang vinden, men zou er herbergen beginnen te bouwen met toevoeging van eenige perceelen akkerland, zooals het elders gebeurt langs alle nieuwe gekalsijde wegen in onze Vlaanderen, vervolgens zouden er klein gebruiken tot stand komen voor de werklie­den en men zou voor hun eenige perceelen of gewoon middelmatig land verdeelen, die gescheiden bewerkt door verschillige huisgezinnen, 'n zeer voldoenden opbrengst zouden opleveren; 't is het ontwijfelbaar gevolg van den nieuwen weg, die gestadig door peerden, rijtuigen en voetgangers zou doorloopen worden. Wij vertolken hier het gedacht niet van eenige belanghebbende personen, maar wel van officieele en bevoegde overheden van Knocke, Westcapelle, Brugge, provincie, gou­vernement, korps van bruggen en wegen, die, daar voorop den openba­ren dank verdienen. Waarom dus neemt men geen aanvang met dit werk??

Wij verhopen dat de minister van openbare werken en zijn besturen zich niet zullen laten geleiden door kleingeestige beweegredens, want voor het algemeen belang en voor een zoo dringend openbaar nut, valt er niet meer te aarzelen. De nederlandsche overheidspersonen die de uitvoering der ontworpen verbindingswerken besloten hebben, zullen ten dezen einde groote opofferingen te doen hebben. Indien onze achtbare minister zich nog lang laat om den tuin leiden door moeilijkheden of bestuurlijke formaliteiten, vermoeid van wachten, zouden onze nederlandsche buren wel eindelijk zich kunnen terugtrek­ken; het zou een onberekenbaar verlies zijn voor den handel, nijver­heid en landbouw onzer Vlaanderen.

X.

– "Elke aflevering der prachtuitgave van Jules Verne's wonderreizen is eene nieuwe verrassing! Nu is ook de zesde aflevering verschenen bevattende het vervolg van het boeiende roman: De kinderen van kapitein Grant. Wat heerlijk genot zulke boeken toch verschaffen, nu de lange winteravonden daar zijn! Ouders, die uwen leerzuchtige zonen een onovertrefbaar Sint Niklaas geschenk wilt doen, abonneert hen op de smaakvolle editie van het huis Lebègue en Co."

Men schrijft uit Lapscheure:

– "Is Lapscheure aan het ander einde der wereld gelegen, daar ge­beuren toch wonder dingen. Maandag avond kwam Jacobus Coene de ge­boorte aankondigen van twee frissche zonen, en dinsdag morgend Christiaan Serreyn, de geboorte van twee jeugdige dochters. De vier kinde­ren wierden dinsdag namiddag te samen gedoopt. Als er geluid wierd 's avonds! De storm heeft nievers zulke wonderen voortgebracht." Milicie: "De aanstaande loting voor de nationale milicie zal te Brug­ge plaats hebben den donderdag 5 februari."

Bij de reklamen:

"Lichting 1890. D'heer H. Gilbert, zaakwaarnemer, heeft de eer kenbaar te maken, dat hij zich belast met al wat militie zaken aangaat. Maakt akoord daaruit of daarin, voor de loting tegen vaste prijs en met de verzekerde waarborg. Bureel Westmeersch nr 25 bij de Statie te Brugge. "(3).

('t vervolgt)

Voetnoten

  1. Op het platteland waar de brandweerdienst niet was ingericht, werd door het kleppen van de klok de bevolking opgeroepen om hulp en bijstand te verlenen.
  2. Meer bijzonderheden nopens de steenweg verschijnen volgend jaar.
  3. De welstellende burgerij probeerde steeds bij de loting het num­mer dat eventueel hun zoon er had ingeloot te verkopen aan jon­gens van het platteland. Het werd toegestaan door het Ministerie tot 1913, het jaar dat de algemene dienstplicht werd ingericht.

Knokke 100 jaar geleden Knocke

Danny Lannoy

Aan de hand van de gemeenterekeningen halen we enkele gegevens aan over het jaar 1875. Ditzelfde jaar waren er gemeenteraadsverkie­zingen en bleef Sebastiaan Nachtegaele burgervader. Ambtsperiode: 1872 - 1896. Als jaarwedde ontving hij 106 fr. Raadslid Van de Broecke overleed en werd opgevolgd door Emmanuel Ghysels. Schepenen Eduard Claeys en Frans Mengé hadden als wedde 27 fr.

Ter attentie: Mengé was gehuwd met Joanna Schepens. Hij kocht de molen van Godfried Schepens (buurt Judestraat-Graaf Jansdijk) en liet hem gedeeltelijk verplaatsen naar Driewege. (1).

Mengé was raadslid sedert 1860 en schepen vanaf 1872.

Bij de verdere kosten van het plaatselijk bestuur staan nog ver­meld:

  • presentiegelden in de zittingen der gemeenteraad 50 fr.
  • jaarwedde sekretaris La Gravière 550 fr.
  • jaarwedde ontvanger Eduard Traen 250 fr.
  • bediende van de burgerstand Pieter Cosyn 75 fr. hij ontving nog voor bureelkosten 100 fr.
  • aan Karel Bassens, voor aardewerk tot verbetering der speelplaats van de knechtjesschool en onderhoud van kasseiwerkerstuig 16,52 fr.
  • aan Eduard Verheye, timmerwerk tot onderhoud der gemeentegebouwen 39 fr.
  • veldwachter Philippe Vanhoutte had als wedde van 1 januari tot 7 februari 67,70 fr. Hij werd ziek en werd tijdelijk vervangen door Karel Bassens.

Sedert 1825 was Jan (Joannes) Van Houtte veldwachter te Knokke (2).

In 1842 had hij 12 kinderen waarvan twee meerderjarig. In 1848 kwam er een geschil tussen het schepenkollege en de veldwachter en op zijn 58-jarige leeftijd werd hij uit zijn funktie ontzet. Hij werd opge­volgd door een zekere Calus en als tweede kandidaat kwam de herber­gier Philip Vanhoutte, oud 37 jaar.

Op 1 augustus 1875 werd Auguste De Cock, oud rijkswachter, wette­lijk aangesteld ter vervanging van Philip Vanhoutte.

Bassens had nog de lotelingen naar Damme geleid en ontving ervoor 20 fr. De veldwachter was wel een belangrijk persoon op de parochie.

Sedert 1871 was het gemeentelijk archief overgebracht van de wijk 't Kalf naar de herberg van Van Landschoot, "de Cygne", op de dorpsplaats, (3), doch in het begin van 1873 plaatste men het raadhuis o­ver naar de herberg van Leopold Van Houtte. (4).

Het zaaltje werd verhuurd aan 50 fr. 's jaars.

In het Armwezen was Pieter Cosyn ontvanger. Aan de bedelaarshui­zen van Brugge, Hoogstraten en Brussel werden verscheidene sommen gestort. Een zekere Philip Viaene werd verpleegd te Brugge: 51,30fr.; Andries Verheye en Marie Laforse waren ter verpleging in de godshui­zen te Brugge in de jaren 1871-72, de onkosten waren 121,50 fr.

Willem Vanderghote was pastoor van 1871 tot 1878 en is dan ver­trokken naar Leizele (5). Zijn jaarwedde bedroeg 300 fr. Die van on­derpastoor Karel Louis Nyssen was 106 fr.

In 't onderwijs was Pieter Ackerman, schoolhoofd sinds 1854. Als koster kwam hij in dienst (6).

  • Zijn jaarwedde 300 fr.
  • aandeel in schoolgelden 700 fr.
  • vergoeding kosteloos onderwijs 190 fr.

Voor het onderhoud der school, de verwarming en de schoolbehoeftigen der arme leerlingen werd hij afzonderlijk vergoed.

Eduard Sabot was hulponderwijzer met als wedde 600 fr.

Sinds 1867, was er ook een school voor volwassenen ingericht. Dit gebeurde 's avonds en in de wintermaanden was er verlichting nodig die aan 30 fr. werd vergoed.

In het meisjesonderwijs stond juffr. Joanna Mullier in voor het onderricht. Nathalie Van Steene was hulponderwijzeres sedert 1872.

Bij de onvoorziene en bijzondere uitgaven staat vermeld:

  • betaald aan Pieter Cosyn, voerman, begravingskosten van een aange­strand lijk in 1875: 16,43 fr.
  • aan Vandeventer, zending en verzorging der bestuurlijke briefwis­seling: 10 fr.
  • aan Karel De Vulder, vergoeding voor het houden der staten en in­ventarissen van het vee in 1872: 10 fr.
  • aan J. La Graviere, sekretaris, reis- en verblijfkosten op de lo­ting, op de kantonnale vergadering en militieraad: 10 fr.

Bij de rubriek "Intresten en aflas van leningen" vinden we: "betaald aan dhr Proot, notaris te Dudzele, zaakgelastigde van dhr Joseph Jooris Eggermont, grondeigenaar te Brugge, het zesde jaar in­trest aan 5% verschenen den 24 april 1875 voor 25.000 fr. nog af te leggen op de leening van 30.000 fr. aangegaan voor het bouwen der meisjesschool en leggen van steenwegen: 1250 fr."

Men had immers als openbare werken de steenweg van Schapenbrugge, de kalsij van 't dorp naar het zeestrand en de weg leidende van 't Kalf door de Prinsepolder.

De beide scholen waren verzekerd aan 13,85 fr. bij agent van de maatschappij "La Belgique", dhr Adh. Baervoets.

Bij de buitengewone uitgaven zien we: .

  • aankoop nieuwe schoenen voor de veldwachter: 20 fr.;
  • aandeel in de provinciale pensioenkas van veldwachters, gedecoreer­de werklieden (3 fr.), kas der ambtenaren (16,50 fr.), kas der sekretarissen (11 fr.). .

Onderwijzer Ackerman kreeg nog als klokkenist een wedde van 30 fr. De Rijkskassier als aandeel jaarwedde provinciale bouwmeester 15 fr. Aan "den zelven" kosten kleding en wapening van de veldwachter 63 fr.

In het hoofdstuk "Gewone Ontvangsten" staan volgende cijfers:

  • bedrag van 7 gewone centiemen op de grondbelasting 492,88 fr.
  • bedrag van 7 gewone centiemen op het personeel 109,14 fr.
  • opbrengst der centiemen die de abonnementsrol vervangen te weten
    34 op de grondbelasting 2.394,03 fr.
    40 op het personeel 623,64 fr.
    30 op het patent recht 66,76 fr.
  • de gemeentebelasting op de honden bedraagt 272 fr. en werd rondgehaald door de man in uniform, namelijk de veldwachter.

De totale ontvangsten bedroegen 20.763,66 fr.
die van de uitgaven zijn 19.454,77 fr.
en het batig slot was 1.308,92 fr.

Dit waren de rekeningen van een parochie met een bevolking van ±1357 in 1873.

Voetnoten

  1. “deplacer son moulin à vent sur une percelle de terre connue au plan cadastral sous le no 711 b de la section D” 2 jan. 1872. Arcief Knokke/ Hinderlijke inrichtingen.
  2. “Kent u ze nog... de Knokkenaars” p. 14, André D'hont
  3. Brochure:"Geschiedenis van ’t Gemeentehuis" D. Lannoy.
  4. Studies D. Lannoy - verschijnen in 1976.
  5. Gesch. Van Knokke – J. Opdedrinck -A.M. Ghekiere p. 116
  6. Idem °4.

******************

Uw bijdrageartikel of publiciteit graag vòòr februari 1976 binnen bij dhr André Sandelé. Volgend nummer in april 1976. Met dank!

 

80 jaar geleden in onze weekbladen

Dannv Lannoy

Cnocke is Hier
1975
06
037-042
Leonore Kuijken
2023-06-19 14:38:19