1856: Uit het jaarverslag van Zeeland over de binnenhaven van Sluis (Zeeuws Archief, Verslag van den toestand der provincie Zeeland door Gedeputeerde Staten, 1856, 205-206)

In ons vorig verslag werd melding gemaakt, van een door den Hoofd-Ingenieur ingeleverd ontwerp, tot verlenging of doortrekking van het kanaal van Brugge tot aan de bebouwde kom der gemeente Sluis. Dat ontwerp is bij het departement van Binnenlandsche Zaken gunstig beoordeeld, doch het gemeentebestuur, ofschoon de meerdere verdiensten van dit plan boven vroegere ontwerpen erkennende, drong op nieuw aan op eene doortrekking van het kanaal tot in de binnenhaven van Sluis.

Dit heeft den Hoofd-Ingenieur aanleiding gegeven, tot een nader onderzoek van het terrein en eene nieuwe bearbeiding van het ontwerp in gemelden zin. Het alzoo gewijzigde plan heeft den bijval der departementen van Binnenlandsche Zaken en van Oorlog verworven. Van de zijde van laatstgemeld Departement, was echter aanvankelijk bezwaar gevonden in de afgraving van een deel der oude vestingwerken van Sluis, zoo als die in het ontwerp was begrepen.

De kosten der uitvoering zouden daardoor aanzienlijk vermeerderd zijn. Het laat zich nogtans verwachten dat aan de afgraving in zoo ver zal worden toegegeven, dat die meerdere kosten grootendeels zullen kunnen worden bespaard. Ter bevordering van deze zoo gewenschte kanaals-verlenging, hebben wij gemeende uwe vergadering te mogen voorstellen haar door eene bijdrage uit de Provinciale kas te ondersteunen. 

1856
Zeeuws Archief, Verslag van den toestand der provincie Zeeland door Gedeputeerde Staten, 1856, 205-206
1856